Recensie: Rhapsody van LOD Muziektheater & Asko|Schönberg

 

●●●●○

 

RHAPSODY

 

LOD MUZIEKTHEATER & ASKO/SCHÖNBERG

 

Door Piet van Kampen, gezien 23 november 2023

In zijn televisieserie Van de schoonheid en de troost uit 2002 opende Wim Kayzer het gesprek met kunstenaars, wetenschappers en filosofen steeds met 'Vertel me wat dit leven de moeite waard maakt.'

Josse De Pauw selecteerde voor Rhapsody fragmenten uit de interviews met Jane Goodall, George Steiner, John Coetzee, Karel Appel en Edward Witten. Die vijf spreken allemaal op hun eigen manier, vaak hardop denkend, soms aarzelend, soms vastberaden, maar ook alle vijf met een eigen ritme. In zijn tekstbehandeling hanteert De Pauw dan ook verschillende manieren van voordragen, van heel snel bij bijvoorbeeld Karel Appel tot heel bedachtzaam bij Coetzee.

Componist Frederik Neyrinck vond daar een muzikaal equivalent bij, de rapsodie, waarin hij vrij was om motieven te combineren, te associëren en te elimineren. De muziek en de tekst worden niet na elkaar ten gehore gebracht maar gelijktijdig, waarbij de muziek de verschillen in spreekstijl van De Pauw spiegelt.

Hoewel De Pauw erin slaagt om de gedachten van Goodall, Steiner, Coetze, Appel en Witten* te laten horen alsof ze ter plaatste ontstaan en hoewel het stuk voor stuk boeiende fragmenten zijn, lukt het me niet om me voortdurend op de tekst te concentreren. Dat ligt niet aan Josse De Pauw of aan de door hem gekozen fragmenten.

Het komt door de muziek. Die is zo ontzettend boeiend, zo rijk aan klankkleuren, waarbij vooral de prachtige lage klanken van (bas)klarinet en trombone me steeds weer verrassen. Het is dus uitsluitend Neyrinck en de vijf musici van Asko|Schönberg** aan te rekenen.

*Jane Goodall, etholoog, specialisme chimpansees / George Steiner, literatuurwetenschapper en cultuurfilosoof / John Coetzee, tweevoudig winnaar van de Bookerprijs / Karel Appel, schilder, lid van de Cobragroep / Edward Witten, natuurkundige en wiskundige.

** Anna voor de Wind, klarinet, basklarinet, Koen Kaptijn, trombone, Joey Marijs, slagwerk, Jellantsje de Vries, viool, Sebastiaan van Halsema, cello.

Ga voor de speellijst en voor meer informatie naar: LOD Muziektheater

Recensie: Superposition van Toneelschuur Producties / Vanja Rukavina

 

●●●●●

 

SUPERPOSITION


TONEELSCHUUR PRODUCTIES / VANJA RUKAVINA

 

Door Piet van Kampen, gezien 10 november 2023

In Superposition worden drie talen gesproken: Nederlands, Japans en Engels, met ook boventiteling in die drie talen. Vier wiskundigen, twee statistici en twee theoretisch mathematici, bereiden een presentatie voor voor het International Congress of Mathematicians (ICM). Twee zijn Nederlands, twee Japans. Drie zijn vrouw, één is man. Hun gezamenlijke doel: een formule ontwikkelen die alle cultuurverschillen verklaart.

Al bij de kennismaking van de twee Nederlandse wiskundigen met hun twee Japanse collega's leiden cultuurverschillen tot misverstanden. Taal in de ruimste zin van het woord speelt daarbij een grote rol. Als statisticus Cecile (Keja Klaasje Kwestro) bijvoorbeeld het handgebaar maakt dat in Nederland hoort bij 'mmm... dat is lekker' kijken de twee Japansen heel verstoord. Als ze begrijpt wat de bedoeling was, laat fundamenteel wiskundige Shihoko (Mizuki Kondo) zien dat Japanners in zo'n geval en heel ander gebaar maken.

De cultuurverschillen en de daardoor veroorzaakte misverstanden blijven niet beperkt tot die van mensen uit twee verschillende werelddelen. Ook als projectleider professor Madoka (Rino Daidoji) haar ondergeschikte Shihoko voordoet hoe je 'kankerzooi!' zegt bijvoorbeeld, leidt dat tot een ongemakkelijke situatie. Zelfs de inhoudelijk eensgezinden, de twee theoretisch wiskundigen, bondgenoten in hun meningsverschil met de twee statistici, botsen met elkaar als nerd Finn (Bram Suijker) geïrriteerd reageert bij wat hij als gedram van fanaticus Shihoko over het nul- axioma ervaart.

Vanja Rukavina schreef samen met dramaturg Thomas Lamers het concept, de uiteindelijke tekst kwam tot stand tijdens het repetitieproces. De invloed van Rino Daidoji en Mizuki Kondo, beiden niet alleen acteur maar ook theatermaker, is dan ook onmiskenbaar. Geweldig goede actrices zijn het trouwens, die heel makkelijk schakelen van ingetogen naar extravert (ze wonen en werken al enige tijd in Europa).

Het is een vondst om het kennismakingsgesprek uit het begin aan het eind letterlijk terug te laten komen. De tweede keer dan ook nog eens met Bram Suijker als Madoka en Keja Klaasje Kwestro als Shihoko, in het Japans, en de twee Japanse actrices als Cecile en Finn in het Nederlands. Die persoonsverschuiving en die taalverschuiving creëren sowieso al een extra laag. Maar omdat we als publiek inmiddels veel meer weten over de vier personages, komen er daardoor nog eens een paar lagen bij.

Superposition is kortom een heel intelligent en heel geestig spel met culturele verschillen en culturele misverstanden. Een feest voor de taalliefhebber.

Ga voor de speellijst en voor meer informatie naar: Toneelschuur Producties

Recensie: Orlando van Toneelschuur Producties / Loek de Bakker

●●●○○

 

ORLANDO


TONEELSCHUUR PRODUCTIES / LOEK DE BAKKER  

 

Door Piet van Kampen, gezien 19 oktober 2023   

Milou van Duijnhoven, die Orlando speelt, pakt de zaal meteen in. Ze maakt een korte beweging met haar hoofd naar opzij, alsof ze wil laten zien dat ze overal schijt aan heeft en voor niemand bang is. Al snel komt haar Orlando ook verbaal met een krachtig statement 'Ik ben Orlando, ik bepaal zelf wie ik ben'.

De voorstelling Orlando is geïnspireerd op Orlando: A Biografy van Virginia Woolf uit 1928, een fictieve biografie, opgedragen aan Vita Sackville-West, waarin Woolf de grenzen van het genre verkent. Op een lichte, humoristische toon beschrijft Woolf het leven van Orlando dat zich uitstrekt over drie eeuwen, een leven waarin Orlando begint als edelman, maar later, nadat hij voor de tweede keer ontwaakt uit een comateuze slaap van een week, vrouw blijkt te zijn geworden: 'Hij rekt zich uit. Hij verheft zich van zijn bed. Hij staat volkomen naakt voor (…) ons, hij is een vrouw.’*

In de bewerking van Loek de Bakker en Tjeerd Posthuma kijken we niet naar de personages door de ogen van een biograaf, we zien Orlando en de mensen met wie hij/zij in contact komt dus ook zonder het becommentariërende geestige oordeel.

De voorstelling houdt zich wel aan de tijdsopbouw van de roman van Woolf, maar in welke periode we terecht zijn gekomen, moeten we opmaken uit de kostuums en uit de namen van de gesprekspartners. Er is niet zoiets als geprojecteerde jaartallen bijvoorbeeld, wat wel handig zou zijn geweest. 

De eerste met wie we Orlando zien is koningin Elizabeth I, gespeeld door Michael Muller. Later zijn we er getuige van hoe hij verliefd wordt op de Russische Sacha, gespeeld door Alicia Boedhoe en hoe ze (Orlando is dan inmiddels vrouw) valt voor Shelmerdine, ook door Michael Muller gespeeld. Uiteindelijk bevrijdt Orlando zich ook van haar vrouw-zijn en beweegt als een hordeloper over het inmiddels zo goed als ontmantelde decor. 

De korte beweging met haar hoofd in de eerste minuut herhaalt Milou van Duijnhoven naar mijn smaak iets te vaak. Daardoor verliest dat gebaar aan kracht en gaat het iets te veel in de richting van een Koefnoenachtig typetje. Jammer, want afgezien daarvan is het spel van Van Duijnhoven heel krachtig en heel overtuigend.

*Virginia Woolf, Orlando, een biografie, vertaling Gerardine Franken.

Ga voor de speellijst en voor meer informatie naar: Toneelschuur Producties

 

Recensie: Op hoop van zegen van Dood Paard

●●●●●

 

OP HOOP VAN ZEGEN


DOOD PAARD

 

Door Piet van Kampen, gezien 14 oktober 2023

Vijf acteurs spelen er in Op hoop van zegen van Dood Paard, waarvan er vier meerdere personages voor hun rekening nemen, veertien om precies te zijn. Alleen Manja Topper is daarvan uitgezonderd, die speelt alleen Knier (zonder diminutiefsuffix dus). 

Vrouwelijke acteurs die mannen spelen, mannelijke die vrouwen vertolken, een acteur die twee personages speelt die een dialoog hebben met elkaar, reder Bos in een leren rok. Helemaal conventioneel pakt Dood Paard het dus niet aan.

Maar wat er in de voorstellingsinformatie staat is (bewust?) misleidend. Dood Paard heeft het daar over 'een uitgebeende versie van Op hoop van zegen'. Niks uitgebeend! Dood Paard speelt Op hoop van zegen zo goed als integraal.

Door in dit visserijdrama zo aangrijpend mogelijk de ellende van de vissers en hun gezinnen te beschrijven – de onderbetaling, de slecht onderhouden schepen, de afhankelijkheid van reders die alleen door winstbejag worden gedreven en de assurantiepenningen opstrijken als er weer een wrakke schuit is vergaan - stelde Heijermans het kapitalisme aan de kaak. En zonder dat daar in de voorstelling expliciet naar wordt verwezen, zijn de parallellen met pakketbezorgers, bagage-afhandelaars en anderen die nu worden uitgebuit overduidelijk.

Bij de openingsscène is het nog wel even zoeken wie wie is, vooral omdat Joachim Robbrecht als Clementine (de dochter van reder Bos) de voor haar poserende Cobus (gespeeld door Dinda Provily) niet tekent, maar met een smartphone fotografeert. Wat overigens het enige anachronisme in de hele voorstelling zal blijken te zijn.

Maar het went snel al die dubbelrollen en die man-vrouwverschuivingen. Terwijl het tempo vanaf het begin meteen hoog is, veel hoger veronderstel ik dan bij de première van het stuk op 24 december 1900 in de Hollandsche Schouwburg in Amsterdam.

Opgesloten in een decorgroot visnet maken Manja Topper, Kuno Bakker, Joachim Robbrecht, Dinda Provily en Tomer Pawlicki een memorabele Op hoop van zegen, veruit de beste die ik ooit zag.

Ga voor de speellijst en voor meer informatie naar: Dood Paard

 

Recensie: De Dresser van Compagnie Karina Holla

●●○○○

 

DE DRESSER


COMPAGNIE KARINA HOLLA

 

Door Piet van Kampen, gezien 12 oktober 2023

Laverend tussen “ik wil dood, ik wil geen verf meer op mijn gezicht, geen kleren meer dragen die niet van mij zijn” en “ik wil niet dood, ik wil weer verf op mijn gezicht, weer kleren die niet van mij zijn” maakt Karina Holla (73) in De Dresser de balans op van haar kunstenaarschap. Acteren of sterven, dat is de vraag. Het antwoord daarop is de overduidelijk keuze voor dat eerste.

Holla begint met een nagespeelde scene uit de film The Dresser van Peter Yates uit 1983. Maar in het kleine uur daarna stipt ze alleen nog haar eigen eerdere werk aan. Beweging en geluid spelen daarbij weliswaar een belangrijke rol, maar meer dan in haar vorige twee voorstellingen bedient Holla zich van het gesproken woord.

Die verwijzingen naar eerdere voorstellingen zijn kort en fragmentarisch: ze pakt even het kostuum van een klerenhanger, maakt een paar bewegingen en gebaren, en licht het toe met woorden. Na het fragment uit The Dresser neemt ze ons onder meer mee naar Parijs voor Louise Bourgeois en Roland Topor, doen we Brazilië en Moldavia aan en staan we even stil bij haar twee recente voorstellingen.

In die twee laatste liet ze, in de eerste met behulp van twee dansers, in de tweede met projecties van tekeningen, met beelden meer dan met woorden de voorstelling tot leven komen. Oorlogsvrouwen (2019) was gebaseerd op De oorlog heeft geen vrouwengezicht van Svetlana Alexijevitsj. Het eenzame leven en het fascinerende werk van ouitsider artist Henry Darger was het onderwerp in DARGER, in de werkelijkheid van de onwerkelijkheid (2021)

Zou je over het rijke artistieke leven van de van oorsprong mimespeler Karina Holla ook niet een boeiende en intrigerende voorstelling kunnen maken? Ja, waarom niet. Wie weet maakt iemand die ooit.

Want de manier waarop Holla het zelf in De Dresser aanpakt, is te fragmentarisch. Voor wie haar lange carrière heeft gevolgd, is dat mogelijk geen probleem en roepen de korte verwijzingen genoeg herinneringen op. Maar wie het werk van Holla niet of bijna niet kent, en er toch nog kennis mee wil maken, raad ik aan te wachten tot ze, hopelijk, Oorlogsvrouwen of DARGER integraal herneemt.

Ga voor de speellijst en voor meer informatie naar: Compagnie Karina Holla

 

Recensie: 4.48 van De Roovers & Kunst/Werk

●●●○○

 

4.48


DE ROOVERS & KUNST/WERK 

 

Door Piet van Kampen, gezien 27 september 2023   

4.48 Psychosis is de laatste theatertekst van Sarah Kane, die in 1999 op 28-jarige leeftijd zelfmoord pleegde. In Sarah Kane's tekst staan geen regie-aanwijzingen, een maker kan dus voor meerdere personages kiezen of voor een monoloog. In 2005 deed regisseur Olivier Provily dat laatste, en hij liet de actrice, Nanette Edens, ook nog eens volledig bewegingloos en monotoon de tekst zeggen.

Als theatermaker kiest Sara De Bosschere voor een monoloog plus. Want behalve De Bosschere zelf is er ook een danser op de speelvloer, Robson Ledesma (in een choreografie van Marc Vanrunxt). Ledesma herhaalt de eerste zinnen van de actrice, wat later neemt hij de cijfers van de 'Serial sevens test' voor zijn rekening. Maar in het overgrote deel van de voorstelling zwijgt hij en vult met bewegingen de woorden van de sprekende actrice aan.

De ik-figuur in 4.48 Psychosis kan geen formele gedachten meer vormen, niet meer voelen, is de tranen voorbij. Een monotone weergave van Kane's tekst is dus niet zo onlogisch. De Bosschere doet het anders, ze brengt de tekst zoekend, toont ook regelmatig het gevoel erachter, zowel het gevoel van de zoekende maker als van de ik-figuur. Vaak is dat laatste wanhoop, soms, na het opsommen van de medicatie bijvoorbeeld, cynisme (over de behandelingen van de psychiaters).

De tekst van Sarah Kane is poëtisch, maar ook strak gestructureerd en vaak heel direct, bijvoorbeeld daar waar ze preludeert op wat een jaar later werkelijkheid wordt: 'Please don't cut me up to find out how I died. I'll tell you how I died. One hundred lofepramine, forty five zopiclone, twenty five temazepam and twenty melleril. Everything I had. Swallowed. Slit. Hung.'

Het is jammer dat Sara De Bosschere een groot deel van de voorstelling achter of aan de achterkant van het grote kleed van schapenvachten blijft, niet zo dicht mogelijk bij het publiek komt. Omdat ze ook nog eens haar zoekende en tastende verhouding tot Kane's tekst tot het einde toe wil blijven uitdrukken, creëert ze naar mijn smaak teveel afstand tot de intieme en schrijnende woorden van Sarah Kane.

Ga voor de speellijst en voor meer informatie naar: De Roovers

 

Recensie: Het Debuut '23 van Via Rudolphi Producties

●●●○○

 

HET DEBUUT '23


VIA RUDOLPHI PRODUCTIES 

 

Door Piet van Kampen, gezien 23 september 2023   

Ook dit jaar heeft Via Rudolphi Producties weer drie afstudeervoorstellingen geselecteerd. Nadat artistiek coach Peer van de Berg ze heeft ingekort tot voorstellingen van een half uur, zodat ze op één avond achter elkaar gespeeld kunnen worden, organiseert en faciliteert het impresariaat een landelijke tournee onder de titel Het Debuut '23.

Ik wil wit zijn van Femi van Elshuis

In een recent interview vertelt Van Elshuis dat ze inmiddels de witte wens voorbij is. Wat we vanavond te zien krijgen is dus de geschiedenis van die wens. Ze begint met een leesbril op achter een witte katheder met een serie vragen die ze zelf in de loop van dat proces heeft gesteld. Even later komen de vragen van anderen aan haar aan bod, zoals 'Waar kom je vandaan?' Of die van de jongen op school in de bank voor haar aan zijn buurman: 'Val jij op zwarte meisjes?'

In Ik wil wit zijn vertrekt Van Elshuis steeds bij het persoonlijke, maar ze legt regelmatig verbanden met de geschiedenis van tot slaaf gemaakten. Daarnaast gebruikt ze haar half uur om zoveel mogelijk aspecten van haar talent te laten zien. Van het voorlezen achter die witte katheder tot uitbundige dans.

Moddergat van Jeroen van Arkel en Koen ter Braak

Van Arkel en Ter Braak kiezen vol voor komedie, een theatergenre dat je niet vaak ziet bij jonge makers. In een hoog tempo, voortgestuwd door een waanzinnig goede soundscape, spelen de twee acteurs steeds met dezelfde vier zinnetjes de dialoog tussen twee Friese vrienden, waarvan de een op pad wil om vogels te spotten en de ander daar geen zin in heeft.

Het gaat bij Moddergat niet om de tekst maar om het komische effect van herhaling met steeds alleen een klein verschil in beweging of mimiek. Heel knap en origineel om op die manier een zaal vanaf begin tot eind te boeien. Ben benieuwd of Van Arkel en Ter Braak met deze vorm doorgaan in hun volgende voorstellingen.

A Thousand Roses van Jonathan Eduardo Brito

Een grote man in een kleine, van doorschijnend materiaal gemaakte, speelruimte met een kroontje op, in een maagdelijk blauw gewaad. En een gouden roos in een omgekeerde vaas. Met dat beeld begint A Thousand Roses. In de loop van de voorstelling zal Brito stap voor stap dat blauw laten vallen en een zwart shirt en een zwarte hoodie aantrekken.

De voorstelling van Brito is een openhartig verslag van de zoektocht naar zijn identiteit. Door ook vragen aan het publiek te stellen en de antwoorden vervolgens in zijn voorstelling te integreren, neemt hij de nodige risico's, waardoor zijn voorstelling nog kwetsbaarder wordt dan het door het onderwerp al is.

Het Debuut '23

Ook met deze twaalfde editie van Het Debuut geeft Via Rudolphi Producties beginnende makers weer de kans om hun voorstellingen in een landelijke tournee te laten zien en het publiek de mogelijkheid om kennis te maken met veelbelovend talent.

Ga voor de speellijst en voor meer informatie naar: Via Rudolphi

 

RiRo's Topvijf van het seizoen 2022-2023

 

RIRO'S TOPVIJF VAN HET SEIZOEN 2022-2023



Door Piet van Kampen, 12 juli 2021

Van de voorstellingen die ik dit seizoen zag, maakten deze de meeste indruk:

1. De Jaren van het Nationale Theater / Eline Arbo

2Analoog van De HOE / Willem de Wolf & Louis Janssens

3. Weiblicher Akt 12: Brief aan Freud  van Maatschappij Discordia

4. Twomenshow van Dood Paard

5. Coriolanus van het Nationale Theater / Nina Spijkers 


Halve recensie over een halve voorstelling: Vake Poes; of hoe God verdween van laGeste / Lisaboa Houbrechts

 

VAKE POES; OF HOE GOD VERDWEEN


LAGESTE / LISABOA HOUBRECHTS

 

Door Piet van Kampen, gezien 16 juni 2023

Na ongeveer een uur heb ik in de geest van het motto van laGeste* mijn voeten laten spreken, daarmee vijf anderen kortstondig tot rechtstaan gedwongen. Heb ik nog wel recht van spreken nu ik de zaal voortijdig heb verlaten? Laat ik proberen me te beperken tot waar mijn gedachten waren terwijl het op het podium ging over het misbruik door katholieke geestelijken en de collaboratie tijdens de tweede wereldoorlog.

Bij Hugo Claus waren mijn gedachten, de schrijver van Het verdriet van België, hoe die zich zou omdraaien in zijn graf. Ik dacht aan wat Luk Perceval nog maar kort geleden met zijn indrukwekkende driedelige theaterserie The Sorrows Of Belgium heeft laten zien. Natuurlijk ook aan Het hout van Jeroen Brouwers en de voorstelling Als ik de liefde niet heb van Marjolijn van Heemstra.

Lisaboa Houbrechts baseert haar voorstelling op wat haar vake, haar grootvader, haar vertelde. Ze probeert vanuit het kleine, vanuit het particuliere, het grote te laten zien. Maar mijn god, die aanpak is met dezelfde onderwerpen in de literatuur, maar ook in het theater, al zo vaak en al zo veel beter gedaan.

Ben ik ten onrechte afgehaakt? Had ik geduld moeten hebben? Omdat de voorstelling na dat eerste uur heel anders werd? Omdat Houbrechts dan, in plaats van met amateuristische dialogen, met een spannende tekst en met minder onbeholpen beeldtaal zou komen?

Lisaboa Houbrechts heeft een vol uur de tijd gehad om me te overtuigen. Om me te laten zien dat ze raad weet met de mogelijkheden die het podium van een grote zaal biedt. Ze heeft me in dat uur niet overtuigd. 

* laGeste ontstond uit de erfenis van les ballets C de la B en kabinet k. Het is een gezelschap dat zegt aandacht te hebben voor alles waarin het lichamelijke centraal staat. Written by the body is het motto.

Gezien op het HOLLAND FESTIVAL

Theaterverhaal: Mijn relatie met Susanne Kennedy

 

THEATERVERHAAL

 

MIJN RELATIE MET SUSANNE KENNEDY

 

Door Piet van Kampen, geplaatst 9 juni 2023

Phaedra's Love

Mijn relatie met Susanne Kennedy begon in 2007. Susanne had Phaedra's Love van Sarah Kane onder handen genomen met Marie-Louise Stheins als koningin Phaedra. “Een sterk doorgevoerde stilering” had ik in NRC gelezen. Maar ik wist geen raad met wat ze had gemaakt, het was zo anders dan ik wat ik kende.

Hedda Gabler

In 2008 zien we elkaar weer. Çigdem Teke is er ook, net als Susanne geboren in Duitsland. Voortdurend de zaal inkijkend zegt Çigdem verveeld haar tekst als een Hedda die terugkijkt op haar leven. Want ze schiet zich niet pas aan het eind een kogel door haar kop, zoals Ibsens Hedda dat vanaf 1890 altijd deed, maar meteen aan het begin.

Ik zoek naar het soort interactie tussen acteurs dat ik gewend ben bij andere regisseurs. Tevergeefs. Ik realiseer me dat als ik door wil met Susanne ik anders zal moeten leren kijken, meer naar beeldtaal. En me ook moet leren verhouden tot de geluiden.

The New Electric Ballroom

Terwijl het nog de vraag is of mijn liefde voor haar kans van slagen heeft, komt Susanne in 2009 aanzetten met twee zussen die elke dag naspelen hoe ze als tieners op een avond hevig verlangden naar rockzanger Roller Royle. Hun jongere zus Ada en de visser Patsy houden ze daarbij gevangen in die avond veertig jaar geleden waarop ze, oude vrijsters nu, bijna seks hadden.

Çigdem Teke, Juul Vrijdag en Nettie Blanken kijken voortdurend laconiek de zaal in. Op een sokkel bij de achterwand staat Jochum ten Haaf als de gegijzelde visser zich avond na avond zonder tekst te verbijten. En waarschijnlijk Susanne Kennedy te vervloeken.

Nu ik weet hoe ik naar haar moet kijken, schrijf ik Susanne, twee jaar nadat ik haar hebben leren kennen: “Wat mooi, de beeldtaal in dat droeve maar prachtige decor waarin je de handelingen in dit stuk van Enda Walsh steeds vanuit een soort tableaus vivants laat ontstaan. De muzikaliteit waarmee je de sprekende stemmen op elkaar hebt afgestemd.” 

Over Dieren

Het is 2010 en we gaan het over seks hebben. Elfride Jelineks Over Dieren gaat over de vrouw als object, de vrouw als gebruiksvoorwerp. Het eerste deel, een monoloog van een afgewezen vrouw, en het tweede, dat expliciet gaat over sekswerkers en hun gebruikers, heeft Susanne met elkaar verweven.

Zes acteurs kijken, onder leiding van de kampioen op dat gebied Çigdem Teke, voortdurend indringend terug, de zaal in. Daarmee lijkt Susanne ook mij als toeschouwer tot object te willen maken. Dat voelt af en toe heel ongemakkelijk.

Ik schrijf haar nu: “Je laat acteurs elkaars woorden herhalen, met een net iets andere manier van spreken, zodat door die verschillen het hypnotiserende en beklemmende effect wordt versterkt. Je laat de acteurs ook in ogenschijnlijk synchroon gechoreografeerde scènes nooit volledig op dezelfde manier bewegen, zodat ook die kleine verschillen extra betekenisnuances toevoegen.“

Emilia Galotti

Het is nog steeds 2010, we gaan het over kuisheid hebben. ‘Het doet er voor jou geloof ik niet toe waar het over gaat’, moppert Carel, die met me mee is gegaan naar wat Susanne heeft gedaan met het drama van Gotthold Lessing uit 1772. Hij heeft wel een beetje gelijk, in wezen maakt het me niet zoveel uit, want inmiddels beleef ik de schoonheid van wat Susanne doet niet meer zozeer vanwege de inhoud.

Ik schrijf: “Ik houd van de manier waarop je wat je wil zeggen in de bewegingen van de acteurs laat zien, maar ook in hun houdingen als ze niet bewegen. In hoe die onbeweeglijke lichamen zich tot elkaar verhouden in de ruimte. En dat steeds in composities waarin ook de kleuren die je kiest een rol spelen.”

Het Verjaardagsfeest

Het is 2011, Susanne voegt aan The Birthday Party van Harold Pinter uit 1957 extra meerduidigheid toe door de acteurs hun tekst te laten playbacken en de dialogen via vier centraal opgestelde speakers te laten horen. Daardoor klinken hun woorden als het opgesloten geluid van personages die zelf opgesloten zijn in wat het meest weg heeft van een kijkdoos.

De bittere tranen van Petra von Kant

Het is nog steeds 2011, later dat jaar. Susanne gaat voor het eerst naar de grote zaal, ze laat daar haar visie zien op de film van Rainer Werner Fassbinder uit 1972 over vrouwenliefde, macht en liefdesverdriet.

Van de zes actrices voeren er vijf consequent uit wat inmiddels het handelsmerk van Susanne is: voortdurend terugkijken de zaal in, monotoon bewegen zodat er een choreografie ontstaat met hoe de anderen monotoon bewegen, je tekst volledig emotieloos uitspreken. Eén actrice onttrekt zich daaraan, hoofdrolspeler Els Dottermans.

Ik schrijf: “Soms is bij onenigheid een compromis een goede oplossing, maar in dit geval was het beter geweest als jij had gewonnen.”

Kleine Eyolf

Het is 2012, het jaar voordat er een voorlopig einde komt aan mijn relatie met Susanne. Ze maakt van Ibsens Eyolf uit 1894 een jongen met een handicap, uitgebeeld door een acteur met een verstandelijke beperking. Zijn tekst is door een ander ingesproken.

Ook de andere acteurs playbacken, al dan niet hun eigen stemmen, in een bewust gekozen archaïsche taal en met aangezette dictie. Susanne is afgestapt van haar gewoonte de acteurs voortdurend terug te laten kijken de zaal in, maar verder is haar handschrift niet wezenlijk veranderd.

Ik schrijf: “Ook nu weer zijn herhalingen de basis voor je nauwgezette compositie. Ook nu maak je de acteurs volledig ondergeschikt aan die compositie.”

ANGELA (a strange loop)

In 2013 gaat Susanne Kennedy naar München. Pas tien jaar later zie ik tijdens het HOLLAND FESTIVAL weer een voorstelling van haar, het meesterlijke ANGELA (a strange loop) dat ze samen met Markus Selg maakte. Veel van haar manier van werken zie ik terug, gelukkig. Al voegt Markus Selg er natuurlijk wel zijn bewegende beelden aan toe.

De teksten in “de brieven” die ik tussen 2007 en 2013 aan Susanne schrijf zijn licht bewerkte citaten uit recensies die ik plaatste op Moose, een theaterwebsite die ophield te bestaan in hetzelfde jaar dat Susanne Kennedy naar Duitsland vertrok. 

 

Theaterverhaal: Drive Your Plow Over the Bones of the Dead van Complicité / Simon McBurney

 

DRIVE YOUR PLOW OVER THE BONES OF THE DEAD BODIES

 

COMLICITÉ / SIMON McBURNEY

 

Door Piet van Kampen, gezien 1 juni 2023

In het Vlaams zou je zeggen 'Hij heeft zijn kat gestuurd'. In het taalgebruik van de Poolse schrijver Olga Tokarczuk zou dat worden 'Hij heeft zijn Kat gestuurd'.

Ik kom daar zo op terug. Eerst even iets over de titel van de openingsvoorstelling van het Holland Festival. Prowadź swój pług przez kości umarłych heet de roman waarop de voorstelling is gebaseerd. Dat is Tokarczuks vertaling van Drive Your Plow Over the Bones of the Dead.

Dat zit zo: de hoofdpersoon Janina Duszejko houdt zich, onder meer, bezig met het vertalen van de negentiende-eeuwse Engelse schrijver William Blake. Elk hoofdstuk van de roman begint met een in het Pools vertaald citaat van Blake. Ook de titel van het boek is zo'n vertaald citaat.

Het sturen van je Kat. Ik moet iets zeggen over jagen op Jagers. In Drive Your Plow Over the Bones of the Dead komen een hoop Dieren op nogal gruwelijke wijze om het leven. Hoofdpersoon Duszejko houdt zich behalve met het vertalen van Blake ook bezig met astrologie en horoscopen. Maar haar passie is: jagen op Jagers. Daarin gaat ze heel ver. Wat leidt tot een aantal mysterieuze moorden op Mensen.

De titel die vertalers Charlotte Pothuizen en Dirk Zijlstra voor de roman bedachten is overigens mooi gevonden. Met Jaag je ploeg over de botten van de doden maken ze op een creatieve manier gebruik van de meerduidigheid van het Nederlandse werkwoord jagen.

Het sturen van je Kat. Eerst even over die hoofdletter. Kernwoorden in haar roman schrijft Tokarczuk consequent met een hoofdletter. Ze heeft het bijvoorbeeld over mijn Meisjes (daarmee doelt ze op haar honden) en mijn Kwalen. Ik heb er tijdens de voorstelling af en toe even naar gekeken, bij 'mijn Meisjes' volgt de ondertiteling Tokarczuk wel, maar bij 'mijn kwalen' en de meeste andere kernwoorden niet. Vreemd.

Nu dan die Kat. In het Vlaams zeg je 'Hij heeft zijn kat gestuurd' als iemand niet zelf op komt dagen maar een vervanger stuurt. Bij de vorige edities van het Holland Festival kwam Willem Alexander, samen met zijn Echtgenote, naar de openingsvoorstelling. Deze keer niet, deze keer stapte zijn vijfentachtigjarige Moeder uit de AA 65 om de voorstelling bij te wonen. De koning vermoordt Dieren voor zijn plezier. Niet vaak, maar hij doet het wel. Het zou een heel pijnlijke avond voor hem zijn geweest.

Gezien tijdens HOLLAND FESTIVAL

Recensie: Hamlet en Ophelia van Toneelschuur Producties en ITA / Mateusz Staniak

●●●●○

 

HAMLET EN OPHELIA

 

TONEELSCHUUR PRODUCTIES EN ITA / MATEUSZ STANIAK

 

Door Piet van Kampen, gezien 25 mei 2023

Aan het begin van de voorstelling Hamlet en Ophelia zijn we meteen in kamer 100 van het legendarisch Chelsea Hotel in New York, waarin Sid Vicious, voormalig bassist van de Sex Pistols, en zijn vriendin Nancy Spungen de laatste maanden van hun leven doorbrengen. 

Leunend tegen het bad ligt Spungen met een mes in haar buik. Met twee handen omklemt ze het heft. Om het eruit te trekken? Om het er verder in te duwen? Ze sterft hoe dan ook. Ze is pas 20. Een paar maanden later overlijdt Sid Vicious aan een overdosis. Hij is dan 21.

Een paar maanden terug in de tijd. Malcolm McLaren, de manager van de punkband Sex Pistols (Pepijn Korfage), doet een tot mislukking gedoemde poging om Vicious en Spungen te interviewen, daarin bijgestaan door cameravrouw Lee (Robin Zaza Launspach). 

Het is een scène die gebaseerd is op een tv-interview waarin de twee niet veel verder komen dan gegiechel en antwoorden van niet meer dan twee woorden. Niet de tekst, maar de soundscape (van George Dhauw) is daarom een groot deel van de voorstelling de drijvende kracht.  

Door de verhaallijn Sid en Nancy verweeft regisseur Staniak een tweede verhaallijn, die van Die Hamletmaschine van Heiner Müller uit 1977. Die tekst, van maar negen pagina's, spelen Arne Luiting en Laura De Geest zo goed als integraal. En zonder het bij heroïneverslaving horend gedrag in hun rol als Sid en Nancy.

Ik was Hamlet […] hier komt het spook dat me gemaakt heeft. Je kan je hoed ophouden, ik weet dat je een gat teveel hebt. Ik wou dat mijn moeder er een te weinig had toen jij in het vlees zat, ik zou me bespaard gebleven zijn.”

Ik ben Ophelia. Die de stroom niet heeft gehouden. De vrouw aan de strop. De vrouw met de opengesneden polsaders. De vrouw met de overdosis OP DE LIPPEN SNEEUW.”

Voegt Mateusz Staniak met de dramatische geschiedenis van de culthelden Sid Vicious en Nancy Spungen iets toe aan De Hamletmachine? Ik denk het wel, want met dat thema, en ondersteund door een perfecte soundscape, laat Staniak zien hoe open Müllers tekst is, hoeveel ruimte die klassieker biedt voor nieuwe interpretaties. 

En dat niet-hermetische dat Hamlet en Ophelia in alle opzichten kenmerkt, bevalt mij heel goed.

Ga voor de speellijst en voor meer informatie naar: Toneelschuur Producties

 

Recensie: About Elly van STAN / Jolente De Keersmaeker en Scarlet Tummers

 

●●○○○

 

ABOUT ELLY


STAN / JOLENTE DE KEERSMAEKER EN SCARLET TUMMERS

 

Door Piet van Kampen, gezien 5 april 2023

In de film About Elly uit 2009 van Asghar Farhadi brengen drie bevriende echtparen uit Theheran een lang weekend door aan de Kaspische zee. Behalve de drie koppels en hun drie kinderen zijn ook Ahmed, een vriend van Sepideh, en Elly, de kleuterjuf van haar dochter van de partij.

Al snel wordt duidelijk dat Sepideh het centrale personage is. Zij heeft contact gelegd met de verhuurder van de villa waar ze zullen verblijven. Zij is het die bedacht heeft om Elly en Ahmad te koppelen. Zij is de regelaar die kleine leugentjes om iets goeds te bereiken geoorloofd vindt. En zij is het dus ook die de anderen zonder dat ze dat beseffen in die goed bedoelde onwaarheden meetrekt.

In tegenstelling tot de film begint de voorstelling met een monoloog van Elly. Maar na die inleiding volgt het stuk zo nauwgezet mogelijk de film. Niet alleen met de letterlijke tekst, maar helaas ook met op het toneel soms met en soms zonder decorstukken ter plekke gefabriceerde beelden uit de film. Wat we in de voorstelling About Elly horen is boeiend, wat we te zien krijgen nogal infantiel.

Want dat uitbeelden van wat er in de film te zien is, gaat heel ver. Vijf acteurs, waarvan één met een oranje vest, doen bijvoorbeeld iets dat op vruchteloos duwen lijkt, omdat in de film tevergeefs wordt geprobeerd een oranje auto die vastzit in het zand daaruit te bevrijden. 

Het strand in de voorstelling is overigens een kiezelstrand. En het zijn behoorlijk grote kiezels. Dat waren ze blijkbaar even vergeten. Ook het uitbeelden van andere beelden uit de film leidt vaak tot onnozel gefröbel.

Net als in zijn andere films probeert Farhadi ook in About Elly de kijker zich te laten afvragen of een personage met het niet vertellen van de waarheid mogelijk juist iets goeds nastreeft. In het tweede deel van de voorstelling komt dat aspect van Farhadi's film gelukkig wel tot zijn recht. De acteurs laten de decorstukken nu voor wat ze zijn en beperken zich tot tekst, mimiek en lichaamstaal.

Scarlet Tummers maakte in 2020 met STAN al eerder een voorstelling naar een film van Asghar Farhadi. In die voorstelling, A Separation, liet ze de acteurs zowel hun land van herkomst als persoonlijke eigenschappen en opvattingen in de voorstelling uitspelen. Daardoor zag je als publiek hoe de acteurs zich verhielden tot de karakters uit de film en (gespeeld) tot elkaar. Vooral door dat 'spel in het spel' was A Separation intrigerend.

About Elly is veel minder geslaagd. Een voorstelling naar een film moet iets toevoegen. Of er een andere kant van belichten. Omdat dat niet gebeurt - op de epiloog en een kleine wijziging aan het eind na - is About Elly een overbodige voorstelling. Maar de film is heel goed. Dus als je die nog niet hebt gezien, zou ik die zeker gaan bekijken.

Ga voor de speellijst en voor meer informatie naar: STAN

 

Recesie: Zus van mijn zus van Via Rudolphi Producties / Belle van Heerikhuizen

●●●●○

 

ZUS VAN MIJN ZUS

 

VIA RUDOLPHI / BELLE VAN HEERIKHUIZEN

 

Door Piet van Kampen, gezien 25 maart 2023

De voorstelling Zus van mijn zus heeft een bijzondere ontstaansgeschiedenis. Ariane Schluter (1966) en Marisa van Eyle (1964) zaten bij elkaar op de toneelschool, maar stonden nooit samen op de planken. Vier jaar geleden besloten de twee actrices dat daar maar eens verandering in moest komen.

Schluter en Van Eyle wilden een voorstelling over familie en vroegen Peer Wittenbols (1965), die ze ook al sinds hun toneelschooltijd kennen, om een tekst te schrijven. Het werd een tekst over zussen. Vervolgens kozen ze bewust een jongere regisseur, Belle van Heerikhuizen (1992). Mede door corona ging Zus van mijn zus pas nu in première.

De scenografie (van Ruben Wijnstok) heeft veel weg van een strand met golfbrekers, ideaal om tijdens een wandeling met je zus herinneringen op te halen. Maar er is niet heel veel fantasie voor nodig om er ook het kerkhof in te zien waar de zussen moeten beslissen of ze de grafrechten van hun op anderhalfjarige leeftijd gestorven zusje Koosje al dan niet zullen verlengen.

De voorstelling springt soms vijftig jaar terug in de tijd en kijkt ook een enkele keer vooruit. Van een kinderlijke spiritistische seance om Koosje op te roepen naar de mogelijke grafredes op elkaars uitvaart. Maar in het overgrote deel van Zus van mijn zus becommentariëren twee zussen van in de vijftig op een lichtvoetige manier de dood en ander bij het leven horend verlies.

De zeggingskracht van de lichaamstaal van Ariane Schluter is misschien net ietsje sterker dan die van Marisa van Eyle, maar het acteren van beiden is gewoon van hoog niveau. Toch is Zus van mijn zus vooral een heel goede voorstelling door wat er aan de basis ligt: de meesterlijk geschreven beeldende toneeltekst van Peer Wittenbols.

Ga voor de speellijst en voor meer informatie naar: Via Rudolphi

 

Recensie: Twomenshow van Dood Paard

●●●●○

 

TWOMENSHOW

 

DOOD PAARD

 

Door Piet van Kampen, gezien 17 maart 2023

Als opwarmertje voor de twomenshow worden de tenen van het publiek hardhandig gekromd. Van een deel van het publiek toch. Van mij in ieder geval. Want de persiflage op stand-upcomedy waarmee de Twomenshow opent is bijna ondraaglijk. 

Bakker en Heijdenrijk buigen in Twomenshow het concept stand-up als onemanshow om naar een stand-up voor twee. En daarin halen ze het genre stand-upcomedy op een niet mis te verstane manier onderuit.

Het is een voorstelling die het - meer dan bijvoorbeeld repertoiretoneel - moet hebben van verrassingen. Om niet teveel weg te geven, blijf ik daarom hier maar veilig aan de cryptische kant.

Later in de voorstelling komen Kuno Bakker en Jorn Heijdenrijk terug op het tenenkrommende  begin. Ze besluiten om wat was niet te reduceren tot één woord. Wat was blijft wat was. Ze nemen ruim de tijd om het begrip grap te definiëren. Waarna een dialoog volgt die behoorlijk escaleert. Aangifte bij het dichtstbijzijnde politiebureau ligt dan ook meer dan voor de hand. Een taak die de uitblinkende Jorn Heijdenrijk met veel geduld op zich neemt.

Heijdenrijk zorgt ook voor het hoogtepunt van de voorstelling met de getrouwe weergave van het diepgaande gesprek dat hij had met een in zijn huis verblijvende mot. Waarna je je afvraagt hoe het in godsnaam mogelijk is dat nooit eerder iemand echt verbinding heeft gezocht met motten.

Kuno Bakker, die de moed had de voorstelling te openen met een bijna ondraaglijke parodie, toont aan het eind van Twomenshow misschien nog wel meer moed met een persoonlijk en oprecht verhaal over grensoverschrijding.

Net als eerdere voorstellingen waarin Bakker en Heijdenrijk samenwerkten, is ook Twomenshow weer een voorstelling waarin ze het publiek op een zowel hilarische als intelligente manier meenemen in hun analyses, in dit geval in de deconstructie van stand-upcomedy. Een aanrader, ook voor de liefhebbers van dat genre.

Ga voor de speellijst en voor meer informatie naar: Dood Paard

Recensie: BOG.2, een nieuwe poging het leven te herstructureren van BOG

 

●●○○○

 

BOG.2, EEN NIEUWE POGING HET LEVEN TE HERSTRUCTUREREN


BOG

 

Door Piet van Kampen, gezien 16 maart 2023

Tien jaar geleden maakten Judith de Joode, Benjamin Moen, Sanne Vanderbruggen en Lisa Verbelen een voorstelling over hoe vier mid-wintigers naar het leven kijken. Tien jaar later, nu als dertigers, nemen ze hun eigen levens weer als uitgangspunt.

Het idee, het plan, de illusie is dat je met het kijken naar wat je zelf hebt meegemaakt en zelf hebt ervaren iets interessants zou kunnen zeggen over het leven in het algemeen.

Iemand gaat met een vliegtuig, verwondt zich met een mes, probeert haar kind sokken aan te trekken, eet nootjes, voelt iets voor iemand, wordt aangerand, haalt een boek uit de boekenkast, masturbeert, zet een bloem in de wei, heeft liefdevolle seks, is getuige van geweld, zet een fiets op slot, bevalt, haalt adem.

Voor iedereen in de zaal is er wel het een en ander te herkennen in wat de vier acteurs naar voren brengen. Maar met uitzondering van Lisa Verbelen geven de leden van BOG met hun manier van vertellen zo goed als niets extra's aan hun verhalen.

Omdat de vorm van BOG.2 uiterst elementair is - geen rekwisieten, nauwelijks bewegingen, geen interacties tussen de acteurs - moet de voorstelling het bijna uitsluitend van de inhoud hebben. Dan duikt onvermijdelijk de vraag op naar de urgentie. Ik heb die niet gezien.

Ga voor de speellijst en voor meer informatie naar: BOG

Recensie: Holy Shit van De Nwe Tijd / Suzanne Grotenhuis

●●●●○

 

HOLY SHIT

 

DE NWE TIJD / SUZANNE GROTENHUIS

 

Door Piet van Kampen, gezien 1 maart 2023

Als Suzanne Grotenhuis af en toe uit haar verhaal stapt, is dat niet een van cabaretiers geleend trucje, in Holy Shit voegen ogenschijnlijke zijpaden steeds iets wezenlijks toe en verduidelijken ze de kern van wat ze wil zeggen.

In een solovoorstelling waarin het draait om serieuze black-outs en de noodkreet 'iemand moet me helpen' zijn uitstapjes naar een verpieterd vetplantje of een filmpje over een aangereden ezel nodig om het luchtig genoeg te houden.

Holy Shit is een heel persoonlijke voorstelling over verlies en mentale problemen, een heel moedige voorstelling ook, waarin verdriet en pijn toch nergens larmoyant worden. Ook door de lichte toets van humor die Grotenhuis steeds precies op tijd aanbrengt.

Grotenhuis blijft niet steken bij het 'iemand moet me helpen'. In de loop van de voorstelling verschuift de focus steeds meer naar wat er gebeurt als ze wel voorzichtig om hulp vraagt. En ze bekritiseert de dan vaak gebruikte dooddoeners als 'waar een wil is, is een weg'. Van haar mentor, haar oma, leert ze gelukkig wel iets waar ze wat aan heeft, namelijk dat 'alleen vanuit leegte iets nieuws kan ontstaan'.

Ook zulke goedbedoelde maar nutteloze en soms beledigende hulp relativeert ze dan vaak weer. Bijvoorbeeld als ze opmerkt dat het heel goed zou kunnen dat haar mentor met wat haar kleindochter als wijze raad opvatte, op een woonwinkelcentrum in haar woonplaats Tilburg doelde. 

Of als ze tegen het einde van de voorstelling vertelt dat ze de afsluitende sessie bij een therapeut die haar een wedergeboorte had beloofd, miste omdat haar fiets was gestolen, en daarbij uitweidt over twee in dezelfde maand eerder gestolen fietsen.

Waardoor ik me, of ze dat nou heeft bedoeld of niet, vanavond tijdens de Nederlandse première onderdeel voel van een collectieve therapeut die door een gemeend applaus alsnog voor die wedergeboorte probeert te zorgen.

Ga voor de speellijst en voor meer informatie naar: De Nwe Tijd

 

Minirecensie: Die Jungfrau von Orleans van Nationaaltheater Mannheim / Ewelina Marciniak

 

●○○○○

DIE JUNGFRAU VON ORLEANS

 

NATIONAALTHEATER MANNHEIM / EWELINA MARCINIAC

 

Door Piet van Kampen, gezien 3 maart 2023


Natuurlijk, zowel historisch, als religieus als literair is Jeanne d'Arc een construct van mannen. En natuurlijk is het een goed idee om Schillers romantische komedie Die Jungfrau von Orleans uit 1801 te deconstrueren en te feminiseren. Maar bewerker Joanna Bednarczyk en regisseur Ewelina Marciniak overschreeuwen zich daarbij op alle mogelijke manieren. 
 
Waarom hebben de acteurs zendmicrofoons als ze toch bijna voortdurend hun longen uit hun lijf schreeuwen? Engelsen in bomberjack en rokjes en dan ook nog vol met tatoeages? En dat gedoe met water? 
 
Marciniak en haar team vegen met hun veel te grove feministische stofkam ook alles wat er verder nog interessant zou kunnen zijn in hun voorstelling rücksichtslos weg. 
 
Vergelijk dat eens met de subtiele manier waarop Maatschappij Discordia te werk gaat in de serie Weiblicher Akt. En dat kan, want Weiblicher Akt 12 is nog te zien tot en met zondag 7 mei. Die Jungfrau von Orleans alleen nog zaterdag 4 maart. 
 
Gezien tijdens BRANDHAARDEN in ITA



Minirecensie: Bovary van KVS / Carme Portaceli

●●●●●

 

BOVARY


KVS / CARME PORTACELI

 

Door Piet van Kampen, gezien 27 februari 2023

Meer moet dat niet zijn. Geen draaiend plateau op het podium, geen live video, laat staan een over het podium rennende kudde figuranten. 
 
Gewoon twee acteurs, een uiterst precieze hedendaagse bewerking en een topregisseur. Maaike Neuville als Emma pakt je vanaf de eerste minuut vast en laat je niet meer los. Negentig minuten toneel waarin geen seconde is die niet klopt. Een perfecte voorstelling.
 
Michael De Cock bewerkte de roman voor toneel, de Catalaanse regisseur Carme Portaceli deed de regie, Maaike Neuville speelt Emma Bovary, Koen De Sutter haar man Charles en sopraan Ana Naqe een theatertechnicus.
 
Gezien tijdens BRANDHAARDEN in ITA


Recensie: In the Middle of Nowhere van Kristien De Proost / CAMPO

 

●●○○○


IN THE MIDDLE OF NOWHERE


KRISTIEN DE PROOST / CAMPO

 

Door Piet van Kampen, gezien 22 februari 2023

Waarom zit het midden van de trein altijd voller dan de uiteinden? Is het midden van de kudde voor elk kuddedier de veiligste plaats? Hoe bepaal je het midden van een land, een continent, een oceaan?

In In the Middle of Nowhere focust Kristien De Proost, met assistentie van Frederico Araujo, op het midden en op het gemiddelde. De Proost somt een meer dan gemiddelde hoeveelheid feiten op die het midden houden tussen het midden in ruimte en het midden in tijd. En omdat de gemiddelde zin uit veertien woorden bestaat, doet De Proost dat zoveel mogelijk door middel van zinnen van veertien woorden.

In het begin denk ik: interessant al die middens en gemiddelden. En ook: het moet veel tijd hebben gekost om die allemaal te googelen en de tekst vervolgens in blokjes van veertien woorden te snijden.

Zo halverwege de opsomming van De Proost vraag ik me af of ik een gemiddelde toeschouwer ben, want ik ben niet in het midden van de rij gaan zitten, maar helemaal aan de zijkant. Kunnen mijn twijfels over de voorstelling dan toch overeenkomen met de  gemiddelde twijfel van het publiek bij de Nederlandse première vanavond? 

En als de gedachten van de toeschouwer helemaal aan de andere kant van de rij nou eens diametraal tegenover mijn gedachten zouden staan, hebben we dan samen gemiddeld de twijfel van het gemiddelde publiek van vanavond?

Je mag natuurlijk vinden dat de twee alinea's hierboven niet meer zijn dan een woordspelletje. Maar is wat De Proost doet In the Middle of Nowhere doet in wezen iets anders? Maar dan met veel meer voorbereidend gegoogel?

Na de voorstelling heb ik het gemiddeld aantal vragen dat ik heb na voorstellingen. Is In the Middle of Nowhere theatraal interessant? En wil de maker er iets mee zeggen? 

Het antwoord op de eerste vraag: nauwelijks. Op de tweede: het moet haast wel, je maakt geen voorstelling als je er niks mee wilt zeggen. Maar is een opsomming van middens en gemiddelden een goed middel om je kritiek op het veilig in het midden blijven duidelijk te maken? Nee, voor mij in ieder geval niet.

Ga voor de speellijst en voor meer informatie naar: CAMPO