Minirecensie: Antigone van Het Nationale Theater / Nina Spijkers

 

●●●●●

 

ANTIGONE


HET NATIONALE THEATER / NINA SPIJKERS

 

Door Piet van Kampen, gezien 11 oktober 2024

Was in Zaandam naar Antigone van Het Nationale Theater / Nina Spijkers. Wilde toch even controleren of het echt zo goed is als iedereen zegt. Het is echt zo goed.

Recensie: Herfstsonate van Carly Wijs, Eurudike De Beul, Scarlet Tummers / Antigone & KVS

●●●○○

 

HERFSTSONATE

 

CARLY WIJS, EURUDIKE DE BEUL EN  SCARLET TUMMERS / ANTIGONE & KVS

 

Door Piet van Kampen, gezien 9 oktober 2024

In Bergmans film Hersftsonate uit 1978 komt de gevierde concertpianist Charlotte (Ingrid Bergman) voor het eerst na zeven jaar op bezoek bij haar volwassen dochter Eva (Liv Ullmann), die haar gehandicapte zusje Lena in huis genomen heeft. Dat verrast Charlotte, die ervan uitging dat Lena nog in een verpleeginrichting zat. Het gaat in de film om de confrontatie van een vrouw die het liefst over haar successen achter de piano praat met haar dochter die als kind emotioneel werd verwaarloosd. Zusje Lene fungeert als katalysator. 

In de voorstelling Herfstsonate staan Carly Wijs, Eurudike De Beul en Scarlet Tummers voor het eerst samen op de planken. Maar ze hebben een verleden met elkaar: Tummers (1990) studeerde in 2014 af aan het RITCS* in Brussel, waar ze les had van Wijs (1966) en De Beul (1964).

De voorstelling begint net als de film met muziek, gespeeld op blokfluit. Meteen daarna maakt Carly Wijs ons duidelijk dat ze Bergman niet kritiekloos zullen volgen. Terwijl ze kijkt naar een monitor, waarvan wij alleen de achterkant zien, maakt ze korte metten met de beginscènes van de film: de eerste is te lang, die vat ik even samen, wat daarna komt is te te saai, die kunnen we wel overslaan.

Meteen daarna claimt Wijs een leidende rol, die van regisseur van de andere twee. Tummers lijkt dat te accepteren, zangeres De Beul niet, die weigert de rol van Charlotte te spelen: 'Ik ben geen acteur.'

Met die twee eerste scènes is de toon van de voorstelling gezet, de drie gebruiken sommige scènes uit de film integraal, andere stippen ze alleen maar even aan. En Wijs probeert, net als Charlotte in de film, lastige situaties steeds te controleren.

Wijs en Tummers integreren daarnaast hun eigen worsteling met het combineren van een artistieke carrière en het hebben van kinderen, zetten dat af tegen de manier waarop Charlotte dat doet in de film. Ook hun verhouding als docent en student op de toneelschool brengen ze in. Dat leidt tot een indrukwekkende scène waarin Wijs aan de hand van een plastisch beschreven fictieve gebeurtenis excuses aanbiedt voor 'gedrag dat nu niet meer mag'. Ze doet dat op de manier die we inmiddels uit de kunstwereld kennen, ze leest een door juristen gecontroleerde tekst voor.

Eurudike De Beul blijft bij het integreren van die twee neventhema's wat aan de zijlijn. Ondertussen heeft ze wel degelijk geacteerd, als het gehandicapte zusje Lena. En natuurlijk in de scène waarin Charlotte met dedain kijkt naar de zang van Tummers als Eva (in de film het pianospel van Eva). Waarna ze laat horen hoe een geschoolde sopraan het lied ‘In der Fremde’ van Robert Schumann zingt. De Beul tekent overigens ook voor de soundscape van de voorstelling.

Knap hoe Carly Wijs, Eurudike De Beul, Scarlet Tummers in Herfstsonate een filmklassieker uit 1978 gebruiken om het verhaal te laten zien van acteurs van nu, hoe die werk en gezin proberen te combineren. En ook het verhaal van wat actrices als dader of slachtoffer meemaakten van gedrag 'dat nu niet meer mag'. Terwijl ze toch het centrale thema van Bergmans film geen geweld aan doen.

* RITCS is Royal Institute for Theatre, Cinema and Sound

Ga voor de speellijst en voor meer informatie naar:Antigone of KVS

 

Recensie: Moddergat van Koen en Jeroen / Alles Voor De Kunsten

●●●●○

 

MODDERGAT

 

KOEN EN JEROEN / ALLES VOOR DE KUNSTEN

 

Door Piet van Kampen, gezien 29 september 2024

Jeroen van Arkel en Koen ter Braak kiezen in Moddergat vol voor de klucht, een theatergenre dat je niet vaak ziet bij jonge makers. In een hoog tempo, voortgestuwd door een waanzinnig goede soundscape, spelen de twee acteurs scène na scène. Ik heb ze niet geteld, maar het zijn er heel veel. 

De scènes in Moddergat zijn natuurlijk ingestudeerd, maar Van Arkel en Ter Braak houden het voor zichzelf spannend door te improviseren met de volgorde. 

De voorstelling duurt een uur. Een jaar geleden zag ik er in Het Debuut '23 een half uur van. En hoewel ik de beginscènes dus al kende, vind ik die weer meesterlijk. We zien een dialoog, de gebaren en gebaartjes, de mimiek, de deuren waaruit een van de twee opkomt en de ander verdwijnt. Maar we horen niks. Pas bij de zevende of achtste keer dat ze precies dezelfde scène spelen met precies dezelfde gebaartjes, kunnen we de acteurs ook horen. 

Maar ze spreken Fries. Heel zachtjes. Dus het duurt nog een paar extra herhalingen voor we weten wat de twee tegen elkaar zeggen. Moddergat is een voorstelling die het voor een groot deel moet hebben van de verrassing, dus ik verraad alleen dat het iets te maken heeft met lepelaars. 

Ze beginnen in het Fries, in de loop van de voorstelling gebruiken ze ook Italiaans, Nederlands en Engels. Maar taal is in Moddergat van ondergeschikt belang, boventiteling is dan ook overbodig. 

De hele voorstelling klinkt er muziek, een heerlijk eclectisch allegaartje, zonder overgangen. Van Hardrock tot Mongoolse keelklanken, van swingende Latijnse dansmuziek tot Amerikaanse Big Band Hits. Het is muziek die meestal niet iets toevoegt aan de betekenis van een scène. Het lijkt er vooral om te gaan het hoge tempo erin te houden en de twee acteurs geen seconde rust te gunnen. 

Na ongeveer vijftig minuten wordt er tekst geprojecteerd. In een iets andere stijl dan wat eraan vooraf ging. Maar omdat het absurdistisch genoeg is, past die kleine stijlbreuk toch wel in het kluchtige geheel.  

Maar uiteindelijk gaat het bij Moddergat niet om tekst, het gaat om het komische effect van herhaling, met steeds alleen een minuscuul verschil in beweging of mimiek. Heel origineel om op die manier een zaal vanaf begin tot eind te boeien. Ben benieuwd of Van Arkel en Ter Braak met deze vorm doorgaan in hun volgende voorstellingen.     

Ga voor de speellijst en voor meer informatie naar: Alles Voor De Kunsten

 

Minirecensie: Women in Troy, as told by our mothers van Dood Paard

●●●●●

 

WOMEN IN TROY, AS TOLD BY OUR MOTHERS


DOOD PAARD

 

Door Piet van Kampen, gezien 26 september 2024

Was gisteravond naar Women in Troy, as told by our mothers van Dood Paard. Die ging al bijna een jaar geleden, op 21 oktober 2023, in première. Maar het lukte me steeds maar niet om er naartoe te gaan. Ik kwam eens uit een voorstelling in een andere zaal van Frascati toen Women in Troy, as told by our mothers ook net was afgelopen. Kuno Bakker zat kennelijk nog helemaal in zijn rol, want hij gaf me een vermaning die me aan die van mijn moeder van vroeger deed denken.

Dat standje was, bleek gisteravond, volkomen terecht. Want wat ben ik blij dat ik Women in Troy, as told by our mothers toch nog heb kunnen zien. De bewerking die toneelschrijver Tiago Rodrigues voor Dood Paard schreef vanuit vrouwelijk perspectief is een meesterwerk, een van de beste hedendaags toneelteksten die ik ken. En de sobere manier waarop Alesya Andrushevska, Tomer Pawlicki, Manja Topper en Kuno Bakker die tekst brengen sluit daar perfect bij aan.

Women in Troy, as told by our mothers is in Nederland (voorlopig) alleen nog te zien op 20 december 2024 in Mimik in Deventer.

Recensie: Het Debuut '24 van Via Rudolphi Producties

 

●●●●○

 

HET DEBUUT '24

 

VIA RUDOLPHI PRODUCTIES

 

Door Piet van Kampen, gezien 21 september 2024

Ieder jaar selecteert Via Rudolphi Producties voor Het Debuut drie afstudeervoorstellingen. Het gaat om eigen werk, dus nieuw ontwikkeld materiaal. Op die manier geeft Via Rudolphi Producties al meer dan 10 jaar een podium aan een nieuwe generatie theatermakers. Op één avond zie je drie verschillende voorstellingen van dertig minuten.

Muurvast van Lotte Veronica Laurens (2000)

Twee jonge vrouwen zitten vast in een muur. We zien behalve de helft van hun hoofden, van de ene vrouw ook twee armen en een grote teen, van de andere één arm en een been. Die lichaamsdelen hebben dezelfde betongrijze kleur als de muur waaruit ze tevoorschijn komen. Het idee achter Muurvast is onderzoeken hoe mensen zich gedragen in een ruimte waarin ze zich niet op hun gemak voelen, een ruimte waarin ze voelen dat ze er niet thuishoren.

Die ruimte is een penthouse waar een feest is. De voorstelling is grotendeels een monoloog waarin een van de twee vrouwen de volgende dag terugblikt op haar gedrag tijdens dat feest waar ze zo goed als niemand kende en mede daarom vijf glazen meer dronk dan goed voor haar was. Ongemakkelijke herinneringen zijn het, zo te horen herkennen behoorlijk wat mensen in de zaal zich daarin.

V&D agenda’s en andere essentiële levensbehoeften van Lizzy van Vleuten (2002)

Prachtige kleuren, blauwe vloerbedekking, blauw-groen broek en jasje, goede schoenen ook. Een wand met honderden met een Stabilo Pointball (want die schrijft het lekkerst) volgeschreven gele post-its. De vrouw die we achter het bureau zien plaats nemen, heeft over haar uitstraling duidelijk goed nagedacht. En ze is goed georganiseerd, heeft alles goed gepland, laat niets aan het toeval over.

Met een notice app en alle andere hulpmiddelen die er zijn, probeert ze rust te krijgen. En ze wil ons ervan overtuigen dat haar manier de beste manier is.

Uiteindelijk zijn we allemaal mensen in paniek. Ik, maar jij ook. Ik ben dan liever een mens in paniek én productief, dan gewoon een mens in paniek.

In een hoog tempo slingert Van Vleuten haar adviezen de zaal in. Met haar krachtige performance pakt ze het publiek meteen vanaf het begin in. 

Magnitude van Annabel Koele (1996)

In een lege ruimte zit een vrouw op een volledig witte vloer. Ze speelt gitaar en laat haar ogen langzaam over het binnenkomende publiek gaan. Dan komt ze in beweging. Die bewegingen worden steeds acrobatischer, terwijl ze ondertussen in de meest onmogelijke houdingen gitaar blijft spelen.

De manier waarop ze in haar solovoorstelling haar lichaam gebruikt, roept herinneringen op aan choreografieën van Alain Platel, maar ook aan Alexander Vantournhout die moderne dans en circustechnieken combineert. Niet zo gek natuurlijk, want Koele heeft mime en dans gestudeerd.

Welke bewegingen ze ook maakt, hoe gekleed of hoe naakt ze ook is, in de hele voorstelling is Koele krachtig èn kwetsbaar, expliciet lichamelijk èn discreet. Van op een haast dierlijke manier teruggetrokken evolueert ze in Magnitude naar steeds meer openheid, over de grenzen van kwetsbaarheid heen. In het halve uur dat haar voorstelling duurt laat ze zien wat ze aan podiumkwaliteiten in huis heeft. En dat zijn er nogal wat. Indrukwekkend.

Ga voor de speellijst en voor meer informatie naar:Via Rudolphi

Minirecensie: Haugtussa van Nationalteatret en Ruhrtriennale / Eline Arbo

 

●●●●○

 


HAUGTUSSA

 

NATIONALTEATRET & RUHRTRIENNALE / ELINE ARBO

 

Door Piet van Kampen, gezien 19 september 2024

Haugtussa van Nationalteatret en Ruhrtriennale, in de regie van Eline Arbo, is heel mooi om te zien. Met prachtige muziek, door Thijs van Vuure bewerkte en door mezzosopraan Adrian Angelico gezongen liederencyclus van Grieg. En dan ook nog een perfect acterende Kjersti Tveterås als het trollenmeisje. Wel in het Noors, maar gelukkig zijn er boventitels in het Engels en Nederlands. Met heel af en toe, waarschijnlijk onbedoeld, een uitstapje naar het Vlaams: 'ze loopt verloren'.

 

RiRo's Topvijf van het seizoen 2023-2024

 

RIRO'S TOPVIJF VAN HET SEIZOEN 2023-2024



Door Piet van Kampen, 30 juni 2024

Van de voorstellingen die ik dit seizoen zag, maakten deze de meeste indruk:

1Opening Night van DE HOE

2. Superposition van Toneelschuur Producties / Vanja Rukovina

3Op hoop van zegen van Dood Paard

4. Desire van Louis Janssens 

5. (V) van De Nwe Tijd / Rosa Vandervorst en Freek Vielen



Recensie: Melencolia van Ensemble Modern / Brigitta Muntendorf

 

●●●●○

 

MELENCOLIA

 

ENSEMBLE MODERN / BRIGITTA MUNTENDORF

 

Door Piet van Kampen, gezien 19 juni 2024

Zelfs op het Holland Festival kun je niet volledig ontsnappen aan voetbal. In het vijfde van de acht tableaus van Melencolia staat de kopstoot van Zinedine Zidane in de WK-finale van 2006 centraal.

We zien in dat deel, Le chant de Zidane, een vervaagde projectie van de actie van Zidane, terwijl we luisteren naar een tekst van de Franse auteur Jean-Philippe Toussaint. Die ziet in wat de allerlaatste actie van de Franse voetballer zal zijn een uiting van melancholie. De scheidsrechter trekt dan ook niet de rode kaart maar de zwarte.

Melencolia wordt uitgevoerd door veertien musici van Ensemble Modern en een zeskoppig koor en verkent het thema melancholie in een eclectische mengelmoes van ironie, kitsch en cliché. Geluids-, licht-, lichaams- en beeldbronnen zijn daarbij in een voortdurend transformatieproces.

De muziek is fenomenaal en wordt briljant uitgevoerd. Het visuele sluit daarbij aan, ook wat we te zien krijgen is hectisch, grappig en ontroerend. Maar er gebeurt vaak net iets te veel tegelijkertijd. Die overvloed aan beelden wordt op den duur contraproductief.

Gezien tijdens HOLLAND FESTIVAL

Bij het overlijden van René van der Pluijm (12 augustus 1960 – 13 juni 2024)

 

 

BIJ HET OVERLIJDEN VAN RENÉ VAN DER PLUIJM (12 AUGUSTUS 1960 - 13 JUNI 2024)


Door Piet van Kampen,14 juni 2024   

Ik leerde René kennen op 10 februari 2007. Omdat ik heel boos was. En daarom de zaal van de Stadsschouwburg Groningen had verlaten en in het café van de schouwburg was gaan zitten.

Toen de voorstelling was afgelopen, kwam er een vriendelijk glimlachende man het café binnen, die ik herkende als medewerker van de schouwburg, zijn naam of zijn functie wist ik niet.

Ik sprak hem, nog steeds geïrriteerd, aan met de vraag wie er verantwoordelijk was voor het programmeren van dat vreselijke 'The World in Pictures' van Forced Entertainment. Ik, was zijn antwoord, en hij stelde zich voor, René van der Pluijm, ik ben de programmeur.

We dronken een biertje, en nog een biertje, en gingen uiteindelijk als vrienden uit elkaar.

Een maand later, op 12 maart 2007, toen ik uit een voorstelling in de grote zaal kwam, stond René me op te wachten. Ik moest perse mee naar een voorstelling in Het Kruithuis, de kleine zaal van de schouwburg in Groningen, die op het punt stond te beginnen. Ik wilde al naar de uitgang lopen om buitenom te gaan zoals ik gewend was, maar we gingen binnendoor.

We waren precies op tijd en zagen daar 'Kijk mama, ik dans' van Vanessa Van Durme. Toen het was afgelopen en ik dacht dat ik nu, na twee voorstellingen, eindelijk naar huis kon, stelde René me voor aan Vanessa.

Dat patroon zou zich vanaf dat moment herhalen, eerst in Groningen en later, toen René daar programmeur was, in Amsterdam: Kom mee, ik stel je voor aan.

Bij internationale voorstellingen vertrouwde ik blindelings op zijn advies. Door René zag ik veel heel goede voorstellingen die ik anders had gemist.

Voor mij als zij-instromer in de toneelwereld was René een altijd opgewekte mentor. Die ik heel erg ga missen.

 



Recensie: Medea's kinderen van NTGent / Milo Rau

●●●○○

 

MEDEA'S KINDEREN


NTGENT / MILO RAU  

 

Door Piet van Kampen, gezien 10 mei 2024   

Het is gruwelijk. Echt heel gruwelijk.

Amber Wiznitzer die begin mei voor NRC naar Gent ging, lukte het niet om te blijven kijken: 'Wanneer indaalt dat op deze eerste horrordood nog vier zullen volgen, zie ik me genoodzaakt iets te doen wat ik nog nooit vóór het eind van een voorstelling heb gedaan. Ik verlaat de zaal.' *

Ik zie Medea's kinderen in Amsterdam met de groene cast, dus met onder meer Juliette Debackere (2014) als verteller, Elias Maes (2013) als kenner van de Griekse tragedies en Bernice Van Walleghem (2012) als moordenaar.

De voorstelling begint met een "nagesprek" onder leiding van Peter Seynaeve. Vijf van de zes kinderen (doen alsof ze) reflecteren over wat ze net gespeeld hebben. De zesde, Helena Van de Casteele (2010), is, horen we, nog aan het douchen. Na het echte slotdeel begrijpen we de betekenis van die mededeling. Dit eerste deel van de voorstelling, het "nagesprek", is verhelderend. En geestig. Er wordt door het publiek vaak gelachen. Dan nog wel.

Het doek gaat open voor het middendeel. Daarin wordt het klassieke verhaal over Medea versneden met een recentere filicide, die door Geneviève Lhermitte. In dit deel zien we de zes  kinderen vaak én live acteren én in door Peter Seynaeve live gefilmde beelden. Peter Seynaeve, op z'n knieën, en de camera zijn dan steeds duidelijk zichtbaar.

Het slotdeel duurt ongeveer een kwartier. In dat laatste deel blijkt dat het klassieke verhaal over Medea voor Milo Rau vooral een kapstok was voor een van zijn favoriete theatrale middelen, het re-enactment. In dit geval een realistisch re-enactment van een vijfvoudige kindermoord in Nijvel.**

Net als Amber Wiznitzer, die na de moord op het eerste van de vijf kinderen de zaal verliet, vind ik het gruwelijke laatste kwartier van Medea's kinderen onverdraaglijk. Om het desondanks vol te houden, probeer ik vooral technisch te kijken. Wat mislukt. De bloederige beelden van het doorsnijden van de vijf kelen spoken nog steeds door mijn hoofd.

Het is bedrog. Begrijpelijk. Maar wel bedrog.

Maar daardoor zie ik wel dat het overvloedig gebruik van live streamen van wat er op het podium gebeurt in het middendeel ook bedoeld was om ons te conditioneren. Zodat we ervan uitgaan dat het realistisch overkomende gekrijs, gehijg en gestik van Juliette Debackere en de vier anderen kinderen in het slotdeel live wordt gespeeld.

Maar de vijf scènes in het slotdeel worden grotendeels  'gespeeld' en 'gefilmd' achter het kleine huisje op het podium, buiten ons blikveld. Na elke moord wordt het bebloede lijk vanachter dat huisje naar het voor ons wel zichtbare deel van het podium gedragen of gesleept. Na de vijfde en laatste moord komt Seynaeve met zijn camera te tevoorschijn en filmt dat laatste lijk. Het heeft er veel van weg dat dat vooral is bedoeld om te voorkomen dat we doorhebben dat het in dit deel voornamelijk om vooraf opgenomen beelden gaat.

* Amber Wiznitzer,  NRC online 8 mei 2024, in de krant 10 mei 2024.

** Op 28 februari 2007 roept Geneviève Lhermitte haar vijf kinderen, Yasmine (14), Nora (12), Myriam (9), Mina (7) en Mehdi (3), een voor een bij zich en snijdt ze de keel door. De kinderen proberen zich te verzetten, maar maken geen schijn van kans. Lhermitte wil daarna zelfmoord te plegen, dat mislukt.

De beelden van de lijkschouwingen hakken er bij de rechtszaak stevig in. De juryleden moeten regelmatig wegkijken om het vol te houden. Ook Lhermitte zelf trekt het op een bepaald moment niet meer: “Stop, stop, stop. Ik kan het niet meer aanzien.” Ze wordt veroordeeld tot levenslange gevangenisstraf.

In mei 2019 komt Lhermitte na twaalf jaar opsluiting vrij. Aan die vrijlating is als voorwaarde verbonden dat ze de cel pas mag verlaten wanneer er voor haar een plaats vrijkomt in een gesloten psychiatrische instelling. Daar wordt vier jaar later haar aanvraag voor euthanasie gehonoreerd. Op 28 februari 2023, precies zestien jaar na haar vijfvoudige filicide, sterft ze.

Ga voor de speellijst en voor meer informatie naar: NTGent

 

Recensie: BYE BYE DADDY a family business van Dood Paard

●●●●○

 

BYE BYE DADDY, A FAMILY BUSINESS

 

DOOD PAARD

 

Door Piet van Kampen, gezien 12 april 2024

Theatermaker Mokhallad Rasem (1981) vluchtte in 2005 vanuit Irak naar België. In 2017 zag ik voor het eerst een voorstelling van hem, Zielzoekers, waarin hij onder meer beelden liet zien van interviews die hij maakte in een asielzoekerscentrum in het West-Vlaamse Menen. Ik was onder de indruk van de zachtheid waarmee hij zijn vragen stelde.

Magne van den Berg (1967) is toneelschrijver, met in het begin van haar schrijverscarrière fraaie titels als De lange nasleep van een korte mededeling (2007) en Mijn slappe komedie voor vier mensen, een handjevol personeel en een tafel die niet vrijkomt (2009). Toen ik die twee voorstellingen had gezien, was ik meteen fan van de manier waarop ze het komische inzette om het tragische erachter te laten zien.

Kuno Bakker en Manja Topper van Dood Paard vroegen Van den Berg om een tekst over een broer en zus in het huis van hun vader die op sterven ligt. Zo'n uitgangspunt staat natuurlijk garant voor een verbaal gevecht over oude irritaties, die door de emoties van zo'n moment, en met de hulp van de nodige drank, uitvergroot worden.

Geen originele invalshoek voor een toneeltekst dus. Maar als je de schrijverskwaliteiten van Van den Berg en de ervaring van Bakker en Topper samenvoegt, krijg je, ook met zo'n al vaak gebruikt recept, een smakelijke voorstelling.

Wat BYE BYE DADDY a family business meer maakt dan dat, is de inbreng van Mokhallad Rasem. Hij werd erbij gehaald om de partner van de zus te spelen. Tijdens de voorbereiding viel hem de hardheid van als grappig bedoelde zinnen op. Zijn interventie leidde ertoe dat Van de Berg extra dialogen over taalgebruik toevoegde. Mo (Rasem) tegen zijn zwager (Bakker): “Jij gebruikt taal hard. Waarom hard? Taal moet zacht zijn. Taal is om elkaar te vinden. Jullie moeten op taalles om te leren hoe je de moedertaal een zachte moedertaal kan laten zijn.”

De inbreng van Mokhallad Rasem, als maker tijdens de voorbereiding én als acteur in de voorstelling, tilt BYE BYE DADDY a family business uit boven het niveau van de zoveelste voorstelling waarin echtelieden of broers en zussen al zuipend ruziën. 

Ga voor de speellijst en voor meer informatie naar: Dood Paard

 

Recensie: Philip Glass; Songs & Poems,Tissues & Issues van Esther Apituley en Kikproductions / Titus Tiel Groenestege

●●●●○

 

PHILIP GLASS; SONGS & POEMS, TISSUES & ISSUES

 

 

ESTHER APITULEY EN KIKPRODUCTIONS / TITUS TIEL GROENESTEGE

 

Door Piet van Kampen, gezien 13 maart 2024

Voor mijn twee grote liefdes, hedendaagse muziek en toneel, moet ik meestal naar verschillende locaties. Daar kan ik goed mee leven. Ik vind het geen probleem om me op een donderdagavond in het Muziekgebouw aan 't IJ te melden voor werk van bijvoorbeeld Glass, Goebaidoelina, Kagel, Kurtág, Rijnvos of Schnittke. Om dan op een andere avond ergens anders naar toneel in de grote of kleine zaal te gaan.

Echt gelukkig word ik als die twee liefdes samenkomen. Bij toneel is het de laatste tien à vijftien jaar niet ongewoon als er tijdens een voorstelling live muziek gespeeld wordt. Alain Platel liet vaak bestaand klassiek repertoire live uitvoeren, Bach, Mozart, Verdi. Muziektheatergroepen als Orkater of LOD werken al vrij lang met speciaal voor een voorstelling gecomponeerde live uitgevoerde muziek. Een ontwikkeling waar ITA zich, nu Eline Arbo daar de scepter zwaait, bij aansluit.

De muziekwereld is veel behoudender dan de toneelwereld. Nog steeds zijn concerten, zowel van klassieke als van hedendaagse muziek, meestal uiterst serieuze aangelegenheden voor in het zwart geklede musici en ernstig kijkend publiek.

Gelukkig is er bij de uitvoerders van hedendaags repertoire een kentering gaande. Asko|Schönberg, Nieuw Amsterdams Peil en vooral Ragazze Quartet lopen daarbij in Nederland voorop. Met een lichtplan en een choreografie zijn hun concerten ook boeiend om naar te kijken. En daardoor spannender en interessanter voor een ander en jonger publiek dan de traditionele concertgangers.

Mijn absolute topfavoriet bij deze modernisering van de concertpraktijk is Ensemble Musik Fabrik uit Keulen. Hun Delusion of the Fury van Harry Partch, in de regie van Heiner Goebbels, is tot nu toe het beste wat ik ooit heb gezien.

In Theater Bellevue, niet een theater waar ik dat verwachtte, is Philip Glass; Songs & Poems, Tissues & Issues in première gegaan. Met Esther Apituley, Jeroen van Veen en Tatiana Koleva. Regie en vormgeving zijn van Titus Tiel Groenestege en er zijn tekstbijdragen van onder anderen Don Duyns.

Op het programma Koyaanisqatsi, Tissue No. 7, Songs & Poems 7, Tissue 1, Roving Mars, Tissue 2, 1 + 1, Songs & Poems 2, Mad Rush, Closing en Tissue No. 6. Dat zijn weliswaar stuk voor stuk redelijk toegankelijke composities van Philip Glass. Toch voegt ook hierbij regie, choreografie, licht, en op het achterdoek geprojecteerde beelden, heel veel toe.

Ik geef toe, ik ben een fan, maar het is fantastisch om Tatiana Koleva weer eens bezig te zien, een van de beste percussionisten van Nederland. Ook altviolist Esther Apituley en zeker toetsenist Jeroen van Veen behoren op hun instrument tot de Nederlandse top.

Ik zie op de speellijst dat Philip Glass; Songs & Poems, Tissues & Issues na de première van vanavond nog maar drie keer geprogrammeerd staat. Dat is schandalig weinig. Het moet echt volgend seizoen hernomen worden. Veel meer mensen moeten de kans krijgen dit in alle opzichten heel geslaagde theatrale concert mee te maken.

Ga voor de speellijst en voor meer informatie naar:Kikproductions of Esther Apituley

 

Recensie: De wetten van ITA Ensemble / Eline Arbo

 

●●●○○

 

DE WETTEN


ITA ENSEMBLE / ELINE ARBO  

 

Door Piet van Kampen, gezien 10 maart 2024  

Weer dat cirkelvormige draaiende plateau? Regisseur Eline Arbo en scenograaf Roel Van Berckelaer zeggen voor dat cirkelvormige plateau te hebben gekozen vanuit het idee dat De wetten een trilogie vormt met De jaren en De uren, de twee voorstellingen waarin die draaischijf eerder werd gebruikt: “Omdat het alledrie verhalen zijn over vrouwen die binnen de patriarchale structuur een eigen stem zoeken.”

Het is zeer de vraag of het (beschuldigende) begrip 'patriarchaal' wel hout snijdt. Want het is in De wetten overduidelijk de vrouw, Marie Deniet, die volledig de controle heeft in haar relaties met zes van de zeven mannen. Alleen bij De kunstenaar voelt ze zich, omdat ze verliefd is, gedwongen die controle los te laten.

Ilke Paddenburg als Marie opent de voorstelling met “U luistert. Het is toch uw vak in mijn woorden iets te beluisteren wat ik niet zeg […]” Ze kijkt daarbij een paar seconden naar Thijs van Vuure, naast haar achter zijn muziekinstrumenten, maar daarna naar ons in de zaal. Vanaf dat moment zijn wij de zwijgende psychiater uit het slothoofdstuk van de roman. Die ingreep om de zes andere personages in te kaderen in Marie's slotmonoloog bij De psychiater werkt goed.

Dat geldt ook voor Arbo's keuze om twee van de zeven mannen uit de roman door vrouwelijke acteurs te laten spelen. Daarmee benadrukt ze dat het er bij de zoektocht van Marie naar wie ze is vooral om gaat dat het zeven leermeesters zijn en niet perse zeven mannen.

Toch zijn het naast hoofdrolspeler Ilke Paddenburg (Marie) niet Janni Goslinga (De fysicus) en Chris Nietvelt (De filosoof) maar drie mannelijke acteurs waarvan het spel er wat mij betreft bovenuit stijgt: Jesse Mensah (De epilepticus), Steven Van Watermeulen (De priester) en vooral Eelco Smits (De kunstenaar).

Het is ook pas in de scene met Smits (goed dat hij terug is bij ITA), aan het eind van de voorstelling, dat Paddenburg, omdat haar personage dan de controle loslaat, echt kan laten zien wat een fantastische actrice ze is.

De wetten is een minder geslaagde voorstelling dan De uren en vooral De jaren. Nu ik vanwege de voorstelling De wetten heb herlezen, valt me (weer) op hoe goed die roman is en hoe goed geschreven. In Arbo's bewerking is het mede die goede tekst die de voorstelling de moeite waard maakt.

Ga voor de speellijst en voor meer informatie naar: ITA

Recensie: (v) van DeNweTijd / Rosa Vandervost en Freek Vielen

 

●●●●○

 

(V)

 

DeNweTijd / ROSA VANDERVORST EN FREEK VIELEN

 

Door Piet van Kampen, gezien 7 maart 2024

Nobelprijswinnaar Annie Ernaux (1940) is al in de zeventig als ze zich in Mémoire de fille (2016) – een belangrijke inspiratiebron voor (v) – tastend en zoekend in haar herinneringen een weg baant naar de zomer van 1958. Omdat ze probeert terug te halen wat ze voelde toen ze als meisje van zeventien voor het eerst met een mannelijke erectie kennismaakte.

Evgenia Brendes (1989), Brenda Corijn (1998), Mieke De Groote (1958), Suzanne Grotenhuis (1985) en Ellis Meeusen (1993) interviewden als voorbereiding voor de voorstelling (v) eerst hun moeders (Mieke De Groote haar dochter), daarna werden ze zelf geïnterviewd. Eerst over hoe het was toen ze zeventien waren. Daarna over de eerste keer ongesteld zijn, oefenen voor je eerste tongzoen, scheren van je benen, en wat je nog meer allemaal meemaakt en doet omdat je (v) achter je naam hebt staan.

Die voorbereiding van (v) lijkt op de research voor een documentaire. Maar je kunt er ook een parallel in zien met het tastend en zoekend schrijven van Ernaux. Met als belangrijk verschil dat bij Ernaux die zoektocht wèl en bij de voorstelling (v) niet in het eindresultaat is opgenomen.

Op het podium de vijf actrices, op een groot scherm op de achterwand zo nu en dan de moeders van Evgenia (in het Russisch), Brenda (in het Portugees) en Ellis (in het Mortsels). Als een van de vijf een herinnering vertelt, leven de andere vier mee met hun stille spel en laten daarmee zien dat degene die aan het woord is, gehoord en gezien wordt. Andere vormen van dialoog zijn er niet.

Het deel over ongewilde aanrakingen door mannen duurt behoorlijk lang. Is dat omdat het een onderwerp is dat de vijf op het podium erg bezighoudt? Omdat ze daar alle vijf vaak last van hebben? Omdat het gereduceerd worden tot anoniem lustobject voor vrouwen een zo goed als dagelijkse ervaring is? Of ervaar ik het als erg lang, omdat ik me er als man ongemakkelijk bij voel?

(v) naar een idee van, en geregisseerd door, Rosa Vandervost en Freek Vielen (met tekstbijdragen Rebekka de Wit) is een moedige en indrukwekkende voorstelling. Dat we bij elk thema een groot aantal herinneringen te horen krijgen en dat bij alle onderwerpen meer vrouwen, elk op hun eigen manier, hun ervaringen vertellen, is de kracht van de voorstelling. Want daardoor stijgt het uit boven anekdotiek en krijgt het universele zeggingskracht.

Ga voor de speellijst en voor meer informatie naar: DeNweTijd

Recensie: Julie van ITA-Ensemble / Rebecca Frecknall

●●○○○

 

JULIA


ITA-ENSEMBLE / REBECCA FRECKNALL

 

Door Piet van Kampen, gezien 25 februari 2024

De Engelse regisseur Rebecca Frecknall (1986) wil de machtsdynamiek tussen mannen en vrouwen onderzoeken: liefde waaronder haat verborgen ligt, afkeer dat verlangen creëert, vertrouwen dat angst probeert te maskeren.

Begrijpelijk dat ze voor August Strindbergs Fröken Julie (1888) kiest, waarin dat allemaal te vinden is. En dat dan ook nog eens tegen een achtergrond van maatschappelijke tegenstellingen. Want de drie personages, in de bewerking van Frecknall, zijn rijkeluisdochter Julie, poetsvrouw Christine en haar man Jan, de chauffeur van Julie's vader.

Terwijl Julia's vader op reis is en boven het feest ter gelegenheid van Julie's eenentwintigste verjaardag bezig is, speelt het drama zich beneden in de keuken af. Centraal daarin staat het 'spel' dat Julie denkt te spelen met Jan, wat tot een voor haar fatale afloop leidt.

In Julie zijn slechts drie personages, waarvan er twee voortdurend, ook in ogenschijnlijk oprechte momenten, hun verborgen opportunistische doeleinden moeten laten doorschemeren. Dat vraagt nogal wat van acteurs.

Hannah Hoekstra, een van de beste acteurs van haar generatie, misschien wel de beste, zou een ideale acteur zijn voor een personage dat onder wat ze zegt en doet steeds subtiel de psychologie van wat daaronder zit laat merken. Maar Hoeksta speelt Christine, de enige van de drie personages zonder verborgen agenda.

Het centrale personage is Julie, en daarmee komt het gewicht van deze voorstelling vooral op de schouders te liggen van de nog niet zo ervaren Eefje Paddenburg. Regisseur Rebecca Frecknall is er niet in geslaagd haar die zware last overtuigend te laten dragen, het spel van Paddenburg is te eendimensionaal en te clichématig.

Maar regisseur Rebecca Frecknall heeft met haar Julie vooral niet duidelijk kunnen maken dat de thematiek die Strindbergs meer dan 130 jaar geleden beschreef ook nu nog sterk genoeg is om een publiek 'te choqueren en te provoceren' zoals ze zegt te beogen.

Ga voor de speellijst en voor meer informatie naar:  ITA-Ensemble

 

Recensie: Weiblicher Akt 13 – De Ander (v.) van Maatschappij Discordia

●●●○○

 

WEIBLICHER AKT 13 - DE ANDER (V.)


MAATSCHAPPIJ DISCORDIA  

 

Door Piet van Kampen, gezien 16 februari 2024  

Na een voorspel dat we gewend zijn bij Maatschappij Discordia – het ogenschijnlijk nog niet begonnen zijn en toch beginnen, even iets veranderen aan de rekwisieten – trappen de drie acteurs (v) af met Levinas en dus met de vraag of het ik pas ik wordt door de ander. Waarna ze vanuit verschillende invalshoeken filosoferen over de vraag of de ander al dan niet al latent in het ik aanwezig is.

In de twaalf eerdere voorstellingen van de serie Weiblicher Akt werd of een bestaande tekst vanuit vrouwelijk perspectief herschreven, zoals in Mevrouw Macbeth, of was een schrijver/denker (v) uitgangspunt, zoals in Liebe Jelinek en Love Sontag.

Nu, in de dertiende Weiblicher Akt, wordt met verwijzingen naar meer dan één schrijver, onder meer Adam Phillips, Aminata Cairo (v), Carl Jung, Jean-Paul Sartre en Witold Gombrowicz, het thema 'De Ander' verkend. Wat wel hetzelfde is, is de vervlechting met persoonlijke, of als persoonlijk gepresenteerde, herinneringen van de drie acteurs (v) aan dat thema.

Omdat nu niet een schrijver leidend is maar een thema, en de drie dus ook geen personen uit het leven of personages uit het werk van een centraal staande schrijver kunnen spelen, spelen Annette Kouwenhoven, Miranda Prein en Zephyr Brüggen af en toe elkaar. En dus de ander.

Ook de vraag hoeveel verhalen er denkbaar zijn, hoeveel plots er mogelijk zijn, komt aan de orde. Zijn dat precies de The Thirty-Six Dramatic Situations van Georges Polti? Of zijn het er meer? Of minder? En dan is er nog de vraag naar de symboliek van een struisvogelei.

In eerdere Weiblicher Akte werd het werk van een specifieke schrijver geciteerd, bevraagd en becommentarieerd. Nu is er niet zo'n enkelvoudig houvast. Daardoor is Weiblicher Akt 13 – De Ander (v.) extra spannend: is het de makers gelukt om ook zonder zo'n schrijver om zich toe te verhouden een prikkelende voorstelling te maken? Het antwoord daarop is ja.

Ga voor de speellijst en voor meer informatie naar: Maatschappij Discordia

 

Recensie: Opening Night van DE HOE

●●●●●

 

OPENING NIGHT


DE HOE

 

Door Piet van Kampen, gezien 17 januari 2024

Kan een recensie beginnen met het citeren van de laatste laatste woorden van de slotmonoloog? Doe je dan recht aan de opbouw en de gelaagdheid van de voorstelling? 

Mitch: ‘Als we zeggen dat we de liefde hebben leren kennen door ze te spelen, wat iedereen vanavond gezegd heeft, en als we zeggen dat het belangrijkste wat we kennen de liefde is, en dat we met de liefde kunnen spelen, dan kan je met minder belangrijke dingen dus ook spelen. Dan kan ik ook spelen met hoe ik naar de wereld kijk. Alles is een toneelgezelschap, een gezin is ook een toneelgezelschap, een politieke partij is ook een toneelgezelschap, zelfs een toneelgezelschap is een toneelgezelschap’.

Opening Night van DE HOE is gebaseerd Opening Night van John Cassavetes uit 1977, een film over een voorstelling. De voorstelling van DE HOE begint met een projectie van de 'hoteldeurscène' uit die film.

Cultuurcentrum Diest, 2020, twee broers corrigeren elkaar voortdurend als ze met elkaar praten. Peter koketteert graag met Michel de Montaigne, zijn broer Willem zoekt het meer bij Arthur Schopenhauwer. 

Wat die scène uit de herneming van De Nijl is in Caïro aangekomen te maken heeft met Opening Night? Peter Van den Eede, die in Opening Night speelt dat hij weigert tekst uit zijn hoofd te leren, refereert bij zijn argumentering daarvoor aan een moment in Diest waarop hij bij De Nijl [...] een black-out kreeg en zijn tekst niet meer wist. 

Hoorde dat erbij? Toen ik bij De Nijl [...] was, in Amsterdam, vergat hij zijn tekst niet. Het hoorde er dus blijkbaar niet bij. 

Maar is het waar wat hij vertelt over de black-out in Diest?

'Zelfs een toneelgezelschap is een toneelgezelschap’

Opening Night, van en met Natali Broods, Mitch Van Landeghem, Willem de Wolf, Laurence Roothooft, Carine van Bruggen, Peter Van den Eede, Greg Timmermans, Wannes Gyselinck, en cameraman Shane Van Laer, onderzoekt, net als de film waarop het is gebaseerd, de ware aard van liefde. Het gaat daarbij om wat 'echt' is en 'niet echt' en wat bij het repeteren en spelen van dat onderzoek naar de ware aard van liefde 'echt' en 'niet echt' is.

Opening Night is subliem theater over theater, waarbij 'stil spel' ontzettend veelzeggend is en waarin van heel dichtbij live gefilmde beelden en eerder opgenomen beelden van gespeelde repetities heel veel toevoegen.

Ga voor de speellijst en voor meer informatie naar: DE HOE