Recensie: De Kersentuin van NTGent / Johan Simons

●●●●● 

DE KERSENTUIN

NTGENT / JOHAN SIMONS


Door RiRo, gezien 22 december 2015


Johan Simons, terug bij NTGent, regisseert een messcherpe De Kersentuin. Met een op maat uitgedunde tekst, met uitblinkende acteurs, en in een perfect werkende enscenering.

Die enscenering is puur en direct. De acteurs hebben een speelruimte zonder diepte, en met maar ongeveer een halve meter manoeuvreerruimte. Voor zich de afgrond, de onbekende toekomst, achter zich panelen, de restanten van wat eens een landhuis was, de ruïnes van een tijd die voorbij is. De belichting komt vooral van achter uit de zaal, onbarmhartig fel. Er zijn geen zendmicrofoons.

Het feit dat de acteurs nauwelijks bewegingsruimte hebben is een vondst, het versterkt de inertie van de personages en accentueert hun eenzaamheid. De ideale omgeving dus voor Tsjechov's laatste stuk, een metafoor voor het Rusland van rond 1900 dat met zijn gezicht naar het verleden stond. Een stuk ook waarin niet alleen de eigenares van de kersentuin moeite heeft om de toekomst onder ogen te zien. En waarin bijna alle personages voornamelijk praten en filosoferen, nagenoeg niet in actie komen.

Ljoebov, schitterend gespeeld door Elsie de Brauw, is eigenares van een landgoed aan de oever van een rivier, een rivier waarin haar zoontje is verdronken kort nadat ze haar man had verloren aan de alcohol. Ze vluchtte naar Parijs, nu is ze teruggekeerd naar haar landgoed dat door de opgehoopte schulden moet worden verkocht.

Tsjechov schreef De Kersentuin in 1904 als komedie in vier bedrijven. En Simons houdt zich aan die aanwijzing. In zijn regie is het een komedie in de ware zin van het woord: achter de humor is het schrijnende steeds zichtbaar. Mede dankzij de fantastische acteurs die komedie spelen zoals het moet, ernstig, waardoor het bittere van de situatie dus steeds invoelbaar blijft.

Het laatste gesprek tussen de eeuwige student Trofimov (Benny Claessens) en de rijke koopman Lopachin (Pierre Bokma) is voor mij het hoogtepunt van de voorstelling. Een prachtige scène waarin de sinds kort bij NTGent in dienst getreden Bokma en de uit München met Simons mee teruggekeerde Claessens een subtiele, kwetsbare, haast breekbare, manier van komediespelen laten zien.

Maar het spel van de andere acteurs is ook om je vingers bij af te likken. Lien Wildemeersch, als Varja, die vaak met alleen haar lichaamstaal zo ontzettend veelzeggend is, Alejandra Theus als dochter Anja, het meest realistische personage in het landhuis, en Els Dottermans en Oscar Van Rompay in hun dubbelrollen.

De Kersentuin is door de bijzondere enscenering en het meesterlijke acteren een heel intense voorstelling. Een voorstelling om van te smullen. Zonder meer een topprestatie van Simons.

Ga voor de speellijst en voor meer informatie naar: NTGent

Recensie: Paradis van LOD / Hof van Eede

●●●○○

PARADIS

LOD / HOF VAN EEDE


Door RiRo, gezien 17 december 2015

Een fotoalbum als herinnering. LOD-componist (en verzamelaar) Thomas Smetryns koopt een foto van een danseres en ontvangt een heel album. Blije zwart-wit foto's van de vrouw, haar man, en hun zoon. Gemaakt in Le Paradis, een wijk ergens in Zuid-Frankrijk. De zeven laatste foto's in het album zijn anders, die zijn gemaakt door de politie op de plaats van het ongeluk. Zestien jaar werd de jongen. Dat is wat aan de voorstelling voorafging.

Paradis is muziektheater, een tragikomedie over de dood van een kind, over rouwen en over ontroering. Met als belangrijkste vragen: Voelen we echte ontroering bij het verdriet van mensen die we niet kennen? Hoeveel uitleg mag je geven, hoeveel verbeelding mag je opwekken om empathie te bewerkstelligen voor zo'n familiedrama? En hoeveel toegevoegd sentiment is nog acceptabel?

Die vragen worden verkend met behulp van beelden, muziek en tekst. Een arrangement van Kindertotenlieder van Mahler, uitgevoerd door de drie leden van Ensemble Besides, wordt al na minder dan een minuut onderbroken. In een dialoog, waarin ze ook elkaar onderbreken, leggen de acteurs Ans Van den Eede en Jeroen Van der Ven ons op licht ironische wijze precies uit wat we bij die muziek zouden moeten voelen.

Langzamerhand verschuift de inhoud in Paradis van concreet naar abstract. 'Zoals Mondriaan steeds meer abstraheerde', redeneert Jeroen Van der Ven in een fraaie monoloog, 'om uiteindelijk bij alleen maar een lijn uit te komen'. En die zou je volgens Van der Ven eigenlijk ook weg kunnen laten. Want dan schilder je afwezigheid. 'Zo zou je ook muziek moeten abstraheren en alleen de naklank moeten laten horen' (verbaasde blikken bij de drie muzikanten).

In een uiterst vernuftig filosofisch maar ook kwetsbaar betoog komt Van der Ven tenslotte tot de conclusie dat je alleen los van de anekdotiek tot de abstractie van ontroering kunt komen. Samen met de monoloog van Ans Van den Eede over de niet specifieke ontroering die ze als kind voelde als ze 's avonds in bed lag en nog niet in slaap kon komen, is dit het hoogtepunt van de voorstelling.

In Paradis wordt op drie elkaar aanvullende manieren over verdriet en ontroering nagedacht. Met op zes panelen geprojecteerde foto's uit het fotoalbum. Met arrangementen in de stijl van de vroeg-impressionistische Franse componisten. En met monologen en dialogen a la façon de Stan en De Koe. 

Het is jammer dat het net wat te lang duurt voor er echt diepgang in komt en de voorstelling niet alleen over ontroeren gaat maar zelf ook ontroert. Maar als het dan zover is, dan is vooral de tekst ook echt heel goed. Na afloop blijft de naklank van Paradis me dan ook nog behoorlijk lang bij.

 Ga voor de speellijst en voor meer informatie naar: Hof van Eede

Recensie: RAARRR van Veenfabriek / Joep van der Geest

●●●○○

RAARRR

VEENFABRIEK / JOEP VAN DER GEEST


Door RiRo, gezien 11 december 2015


Vlak voor ik naar de première van RAARRR in Leiden ga, hoor ik bij toeval De Volharding van Louis Andriessen uit 1972 op de radio, een compositie waarbij al tijdens de eerste uitvoering het publiek boos begon te fluiten. Ruim veertig jaar later werpt acteur Joep van der Geest zich in Theater Ins Blau op als ambassadeur van contemporaine muziek.

Want zegt hij, nu nog steeds zijn composities uit de twintigste en eenentwintigste eeuw voor veel mensen alleen maar herrie. Ook wie wel van abstracte beeldende kunst houdt, haakt bij abstracte muziek nogal eens af. Met als motto 'muziek is belichaming van in klank besloten intelligentie' wil Van der Geest die mensen met zijn voorstelling over de streep trekken.

Het eerste deel van RAARRR vind ik net wat te kinderachtig. Musicus Ton van der Meer die zogenaamd boos wegloopt omdat Van der Geest eerst uitleg wil geven. Daarna componist en cellist Lam Lai die verontwaardigd weg beent omdat de uitvoering van haar werk al na 2.42 minuten wordt onderbroken. In het begin wordt het publiek naar mijn smaak iets te veel als een groep schoolkinderen behandeld. Met ook nog eens een in jip-en-janneke taal gepresenteerde aanval op figuratieve kunst (Figuratief schaadt! Hoe abstracter hoe rijker!) en op programmamuziek.

Maar vanaf de muzikale en theatrale uitleg over het begrip 'organised sound' bij Varèse, en over de grote veranderingen sinds de uitvinding van de elektronische muziek, is de voorstelling veel evenwichtiger, en voel ik me als volwassen theaterbezoeker serieus genomen.

Na een muzikaal intermezzo volgt er een sterke monoloog van Joep van der Geest, geschreven in samenwerking met filosoof Maarten Doorman. Samengevat: Wilt u amusement? Of wilt u een stuk horen waarvan u straks misschien niet weet wat u ermee aan moet? Want kunst is niet een raadsel met een oplossing, maar een oplossing met een raadsel.

Ik vind dat Van der Geest lof verdiend voor zijn lef om zo'n voorstelling te maken. En op dat eerste half uur na is de manier waarop hij zijn pleidooi vorm heeft gegeven zeker de moeite waard. Als toneelrecensent is het muziekgedeelte van de voorstelling natuurlijk niet mijn afdeling. Maar toch zeg ik dat ik het heel goede muziek vind.

Helpt de uitleg? Is het nodig? Voor iemand die al regelmatig naar concerten met hedendaagse muziek gaat, is zo'n pleidooi misschien overbodig. Maar voor wie er niet zo bekend mee is, en er op een heldere en toegankelijke manier kennis mee wil maken, is RAARRR een aanbeveling.

Wat voor mij zeker wél helpt, is het uitstel. Want op het moment dat I walk into the electric pulse van Lam Lai eindelijk integraal wordt uitgevoerd, is alles wat ik die dag heb meegemaakt ver weg, ben ik helemaal op de muziek gefocust, en word ik er volledig door meegesleept.
 
Ga voor de speellijst en voor meer informatie naar: Veenfabriek

Recensie: Caligula van Toneelhuis / Guy Cassiers

●●●●○

 

CALIGULA

TONEELHUIS / GUY CASSIERS 


Door RiRo, gezien 1 december 2015


De Romeinse keizer Caligula pleegde willekeurige moorden omdat hij een ideale wereld nastreefde. Hij negeerde waarschuwingen dat er een complot tegen hem werd beraamd en koos er bewust voor om door de samenzweerders gedood te worden. Een zelfmoordterrorist dus. Caligula zocht zijn dood op dezelfde manier als een idealistische moordenaar van nu die met getrokken wapens opzettelijk het geweervuur van de politie tegemoet loopt. 

Als Caligula van Albert Camus in de regie van Guy Cassiers begint, zijn de senatoren in hun perfect gestreken witte overhemden bijeen in het crisiscentrum. Hun zwarte toga's hangen achter op het podium en zullen daar de hele voorstelling ongebruikt blijven hangen. Af en toe gaat er een telefoon. Maar elke keer blijkt het om geruchten te gaan. De senatoren wachten op nieuws over Caligula die nu al drie dagen vermist is.

Na de dood van zijn zus en minnares Drusilla heeft Caligula namelijk het paleis verlaten. Als hij weer komt opdagen, is hij veranderd, hij legt zich niet meer neer bij het feit dat de mens sterfelijk is, en niet vrij. Hij dwingt zijn senatoren mee te gaan in een logica die hij tot in het absurde doortrekt. Met de macht die hij als keizer heeft zal hij van nu af aan met willekeurige moorden zijn omgeving gaan terroriseren, om via dat experiment het onmogelijke te bereiken, volledig vrij zijn.

De intelligente vrijgelaten slaaf Helicon en Caligula's vroegere minnares Caesonia zijn de enigen die tot het eind trouw blijven aan Caligula, ondanks zijn grillen en zijn wreedheid. Alle senatoren wijzen de consequente maar dodelijke logica van Caligula af. Maar alleen senator Cherea komt daar, in misschien wel de mooiste dialoog van het stuk, oog in oog met Caligula, openlijk voor uit.

Vanaf het tweede bedrijf (het is dan drie jaar nadat Caligula met zijn gruwelijke experiment is begonnen) dragen de senatoren verschoten oranje broeken en vale oranje hemden. Dat roept beelden op van de gevangenen in Guantanamo Bay. En van de onthoofdingen door Daesh (Isis). Daardoor is het onmogelijk om niet de link met de actualiteit te zien.

Net als bijvoorbeeld in zijn Hamlet vs Hamlet legt Guy Cassiers in zijn regie ook nu weer het accent bijna volledig op de tekst. Dat vereist natuurlijk wel wat concentratie van het publiek. Maar met zulke fantastische acteurs als Katelijne Damen als Caesonia, Nico Sturm als Scipio, en Johan Van Assche als Cherea is dat heel goed op te brengen. En het acteren van Tom Dewispelaere als Helicon en Kevin Janssens als Caligula is zelfs puur genieten.

De hele voorstelling is het zo goed als muisstil in de zaal van de Koninklijke Schouwburg in Den Haag. Slechts één keer wordt er even gelachen. Dat is als Caligula een senator angst aanjaagt met een banaan, op een manier die verwijst naar Bert en Ernie uit Sesamstraat. Maar als Caligula wat later een fragment van Florent van de Gentse noiserockband Raketkanon playbackt, wordt het weer heel stil.

Caligula van Toneelhuis is een hele rijke voorstelling. Door de tekst, waarin al twee historische lagen zitten (de tijd van Caligula en de tijd van Nazi-Duitsland). Door het fantastische acteren. Maar vooral omdat de confrontatie met de realiteit van vandaag onontkoombaar is. 
 
Het eerste manuscript van Caligula dateert van 1939. Maar Albert Camus herschreef het een aantal keer voordat hij het uiteindelijk in 1944 publiceerde.

Ga voor de speellijst en voor meer informatie naar: Toneelhuis