●●●●○
I C O N
LOD MUZIEKTHEATER & ASKO|SCHONBERG
Door Piet van Kampen, gezien 22 november 2018
Atelier Bildraum (regie en scenografie) creëerde voor I C O N een vierkante ruimte waarin het publiek, de twee performers, en de muzikanten dicht op elkaar zitten. In de hoeken speakers en camera's. Op de vier wanden eerst projecties van quasi live gemaakte foto's en later onder andere ook live gefilmde beelden van het duet tussen sopraan Lieselot De Wilde (i c o n) en acteur Tibo Vandenborre (mr. Death)
De belangrijkste twee inspiratiebronnen voor I C O N zijn de mythevorming rond het dodenmasker van L'inconnue de la Seine en (keer de letters van de titel om) Nico, de zangeres die door Andy Warhol in zijn legendarische studio The Factory werd samengebracht met The Velvet Underground.
Terwijl sopraan De Wilde, als i c o n, in het donker achter een camera staat, luisteren we de eerste vijfentwintig minuten naar de door Frederik Neyerinck gecomponeerde muziek en naar de stem van mr. Death. Met een monoloog die begint met 'This is the end, beautiful friend, this is the end, my only friend' (de eerste woorden van The End van The Doors).
Tijdens zijn monoloog maakt mr. Death (in een naar de film Blow-up van Antonioni verwijzende setting) foto's van foto's. Als i c o n zich wat schuchter bij hem voegt, zingt sopraan De Wilde 'met lucht op de stem' op een introverte manier (begeleid door de basklarinet). Maar als ze daarna in een mooi gechoreografeerde verleidingsscène transformeert in een femme fatale gebeurt dat met haar stem op volle kracht. Aan het eind van I C O N transformeert het zingen van De Wilde nog een keer, nu naar een vorm van vragend zingen met een relatief lage zangstem.
Fotograferen en foto's spelen in de beeldtaal van I C O N een belangrijke rol. Warhol liet een halve eeuw geleden zien dat een foto een onbekende in een kunstwerk kan veranderen. Nu, met een selfie, kan iemand zelfs zichzelf fotograferend in kunst veranderen.
Transformeren is het hoofdthema in I C O N. Frederik Neyrinck componeerde klanktransformaties, evolutief-repetitieve muziek met steeds dezelfde noot die hij van ritme of kleur laat veranderen. Het vrouwelijke personage i c o n evolueert van slachtoffer via femme fatale in icoon. En het mannelijke personage, mr. Death, die als stoere macho begint, verandert met rode lipstick en vrouwelijke hoofdbewegingen in een feminiene man.
De tekst (van Sabryna Pierre) is af en toe wat eendimensionaal, die had wel wat verrassender gemogen. Maar gelukkig laat de regie acteur Vandenborre en sopraan De Wilde in hun stem en zang (en in hun spel) voor die extra dimensie zorgen.
Het zijn de bijzondere enscenering van Atelier Bildraum* en de inventieve composities van Neyrinck die de creatieve basis vormen voor I C O N. Waarin niet alleen De Wilde en Vandenborre uitblinken, maar ook het ensemble. Want de manier waarop de vijf** van Asko|Schönberg onder leiding van dirigent Joey Marijs de muziek van Neyrinck spelen is een geweldige prestatie. Hoe ze aan het slot, centraal in de ruimte opgesteld als een soort popgroep, Neyrinck's omwerking van Dream Baby Dream van Suicide uitvoeren, is een belevenis op zich.
Vooral visueel en muzikaal is I C O N heel goed gemaakt, heel gelaagd muziektheater.
De belangrijkste twee inspiratiebronnen voor I C O N zijn de mythevorming rond het dodenmasker van L'inconnue de la Seine en (keer de letters van de titel om) Nico, de zangeres die door Andy Warhol in zijn legendarische studio The Factory werd samengebracht met The Velvet Underground.
Terwijl sopraan De Wilde, als i c o n, in het donker achter een camera staat, luisteren we de eerste vijfentwintig minuten naar de door Frederik Neyerinck gecomponeerde muziek en naar de stem van mr. Death. Met een monoloog die begint met 'This is the end, beautiful friend, this is the end, my only friend' (de eerste woorden van The End van The Doors).
Tijdens zijn monoloog maakt mr. Death (in een naar de film Blow-up van Antonioni verwijzende setting) foto's van foto's. Als i c o n zich wat schuchter bij hem voegt, zingt sopraan De Wilde 'met lucht op de stem' op een introverte manier (begeleid door de basklarinet). Maar als ze daarna in een mooi gechoreografeerde verleidingsscène transformeert in een femme fatale gebeurt dat met haar stem op volle kracht. Aan het eind van I C O N transformeert het zingen van De Wilde nog een keer, nu naar een vorm van vragend zingen met een relatief lage zangstem.
Fotograferen en foto's spelen in de beeldtaal van I C O N een belangrijke rol. Warhol liet een halve eeuw geleden zien dat een foto een onbekende in een kunstwerk kan veranderen. Nu, met een selfie, kan iemand zelfs zichzelf fotograferend in kunst veranderen.
Transformeren is het hoofdthema in I C O N. Frederik Neyrinck componeerde klanktransformaties, evolutief-repetitieve muziek met steeds dezelfde noot die hij van ritme of kleur laat veranderen. Het vrouwelijke personage i c o n evolueert van slachtoffer via femme fatale in icoon. En het mannelijke personage, mr. Death, die als stoere macho begint, verandert met rode lipstick en vrouwelijke hoofdbewegingen in een feminiene man.
De tekst (van Sabryna Pierre) is af en toe wat eendimensionaal, die had wel wat verrassender gemogen. Maar gelukkig laat de regie acteur Vandenborre en sopraan De Wilde in hun stem en zang (en in hun spel) voor die extra dimensie zorgen.
Het zijn de bijzondere enscenering van Atelier Bildraum* en de inventieve composities van Neyrinck die de creatieve basis vormen voor I C O N. Waarin niet alleen De Wilde en Vandenborre uitblinken, maar ook het ensemble. Want de manier waarop de vijf** van Asko|Schönberg onder leiding van dirigent Joey Marijs de muziek van Neyrinck spelen is een geweldige prestatie. Hoe ze aan het slot, centraal in de ruimte opgesteld als een soort popgroep, Neyrinck's omwerking van Dream Baby Dream van Suicide uitvoeren, is een belevenis op zich.
Vooral visueel en muzikaal is I C O N heel goed gemaakt, heel gelaagd muziektheater.
*Atelier Bildraum: Charlotte Bouckaert & Steve Salembier
**David Kweksilber: klarinet, Koen Kaptijn: trombone, Marijke van Kooten: viool, David Bordeleau: cello, Quirijn van Regteren Altena: contrabas.
Ga voor de speellijst en voor meer informatie naar: LOD