Recensie: Don Carlos van Toneelschuur Producties / Nina Spijkers

●●●○○

 

DON CARLOS

TONEELSCHUUR PRODUCTIES / NINA SPIJKERS



Door RiRo, gezien 23 april 2016

De klassieker Don Carlos van Friedrich Schiller speelt zich af aan het eind van de zestiende eeuw, toen persoonlijke belangen nog volledig ondergeschikt waren aan de absolute macht van de monarch. Maar Schiller schreef zijn Don Carlos aan het eind van de achttiende eeuw, een tijdperk waarin nieuwe, humanistische ideeën over individuele vrijheid opkomen.

In de bewerking van de jonge regisseur Nina Spijkers (1988) is Don Carlos een talige voorstelling. Met vier acteurs die de rigoureus gesnoeide tekst helder vertolken. Maar Spijkers' Don Carlos boeit vooral door de verrassende regievondsten. Er zijn zeven personages. Xander van Vledder speelt soms Carlos. Justus van Dillen heeft een belangrijk aandeel in het vertolken van Posa. Linde van den Heuvel is zo nu en dan Elisabeth, en Judith Noyons de prinses van Eboli. Maar de acteurs zeggen ook regelmatig simultaan de tekst. Vooral in het begin werkt dat goed. Voegt het iets toe. Op den duur gaat het ook wel wat irriteren. Want het maakt het inleven in een personage er niet makkelijker op. 

Verrassende regievondsten zei ik. Maar als ik er teveel over zeg, of als ik ook nog eens ga uitleggen hoe het zit met die drie andere personages is de verrassing er natuurlijk af. Laat ik het zo zeggen: er is niet een acteur die Philip II speelt (of de graaf van Lerma, of de schildknaap). En toch is de dialoog tussen Posa en Philips II een hoogtepunt in de voorstelling. De acteurs veranderen in die dialoog voortdurend de verhoudingen. Het begint met 1-3 om uiteindelijk uit te komen op 4-0. Ik geef toe dat dit waarschijnlijk nogal cryptisch is als je de voorstelling (nog) niet hebt gezien.

Nu weer een begrijpelijke alinea. Don Carlos, de kroonprins van Spanje, is wanhopig, hij moet moeder zeggen tegen Elisabeth, de vrouw op wie hij smoorverliefd is. Want om politieke redenen is Philips II, zijn vader, zelf met haar getrouwd. De utopistische markies van Posa probeert de hartstochtelijke gevoelens van Carlos zo te manipuleren dat hij ze kan gebruiken voor zijn eigen passie: de opstand in de Nederlanden. Aan het hof in Madrid, in het centrum van de macht, offert hij uiteindelijk zijn jeugdvriend Carlos op om zijn idealen te verwezenlijken.

Er is een nadeel aan de aanpak van Spijkers. Door het extreem inkorten van de oorspronkelijke tekst gaan er nuances verloren. Ook de psychologische ontwikkeling van een van de hoofdrolspelers in het verhaal, Philips II, schiet er door Spijkers' aanpak bij in. Daar staat tegenover dat door het decor, de fraaie kostuums, de snelle wisselingen, én de tot op zekere hoogte goed gelukte regievondsten Don Carlos een interessante en boeiende voorstelling is geworden. Een voorstelling waarmee een jonge regisseur laat zien dat ze over kwaliteiten en over lef beschikt.
 
Ga voor de speellijst en voor meer informatie naar:  Toneelschuur Producties

Recensie: The little foxes van Het Nationale Toneel / Antoine Uitdehaag

●●●○○

 

THE LITTLE FOXES

HET NATIONALE TONEEL



Door RiRo, gezien 17 april 2016


Wat zonde dat na de pauze de hoge kwaliteit van The little foxes niet volgehouden wordt! De voorstelling lijkt op weg naar vier, of zelfs vijf sterren. Maar het tweede deel is beduidend minder. Echt zonde!

The little foxes van Lillian Hellman, geschreven in 1939, spelend in het zuiden van de Verenigde Staten van rond 1900, is door regisseur Antoine Uitdehaag verplaatst naar het begin van de jaren '60 van de vorige eeuw. Hoofdthema is hebzucht, rijk worden over de rug van anderen. Maar The little foxes gaat ook over de afhankelijke positie van de vrouw. En over hoe een nieuwe generatie zich daaruit losmaakt.

Oscar, de minst snuggere (Jappe Claes), zijn slimmere broer Ben (Mark Rietman) en hun gefrustreerde maar keiharde zus Regina (Anniek Pheifer) sluiten een zeer profijtelijke deal met een investeerder uit Chicago. Omdat ze 'de machines naar de katoen halen in plaats van katoen naar de machines te brengen' zullen ze alle drie heel rijk worden. Tenminste als Regina's man, die met hartklachten in het ziekenhuis ligt, mee wil werken. Regina's dochter Alexandra volgt het ondertussen allemaal van een afstandje. Sally Harmsen, die Alexandra speelt, houdt haar armen over elkaar.

Bij dramatische scènes worden we door muziek een beetje geholpen om te voelen wat we zouden moeten voelen, maar verder is er niet zo veel op het eerste deel aan te merken. Het is realistisch toneel, het neigt naar komedie. Maar omdat Anniek Pheifer en Mark Rietman, en ook Bram Suijker, als Leo, wel de grens van het kluchtige opzoeken maar daar net niet overheen gaan, werkt die aanpak. En, niet onbelangrijk, de spanning wordt er niet door verstoord. Want The little foxes is ook een thriller.

Hoe is het mogelijk dat die lijn na de pauze niet kan worden doorgetrokken? Oom Ben dreigt zich aan nichtje Alexandra te vergrijpen. Maar in het verdere verloop van de voorstelling wordt daar niets mee gedaan. Een verzwakte hartpatiënt in een rolstoel, Regina's echtgenoot, gespeeld door Pieter van der Sman, bijna dood, is nog wel in staat om voortdurend te schreeuwen, zoals in oubollig toneel. Waardoor de voor het verhaal belangrijke scène tussen man en vrouw niet subtiel genoeg is.

En dan het slot. Meteen al na de pauze zit Sally Harmsen niet meer met haar armen over elkaar, haar Alexandra is nu aandachtig, ellebogen op haar knieën, handen onder haar hoofd. Het begin van een verandering denk ik dan, het neventhema, het zelfstandig worden en vooral het opstandig worden van de dochter, zal nu worden uitgewerkt. Maar dat gebeurt nauwelijks. Als Alexandra na de dood van haar vader zegt niet met haar inmiddels heel rijk geworden moeder mee te gaan naar Chicago, komt dat dan ook veel te veel als een verrassing.

Maar dan nog. Wat zou het mooi zijn als de voorstelling zou eindigen met het gedecideerde 'Nee, morgen zal het niet anders zijn' van Alexandra, als antwoord op haar moeders suggestie dat ze er na een nachtje slapen wel anders over zal denken en toch wel met haar mee naar Chicago zal willen gaan. Een mooi krachtig slot zou dat zijn. Dan was Dylan met Subterranean Homesick Blues helemaal niet nodig geweest.

Of, ik ben heel brutaal vandaag, ik bemoei me gewoon met de regie, als het neventhema dan toch niet echt wordt uitgewerkt, waarom dan het einde niet al wat eerder? Waarom niet al aan het slot van het hoofdthema? Waarom niet meteen nadat Ben tegen zijn al even hebzuchtige zus Regina zegt: 'De wereld ligt open voor ons. Open voor mensen zoals jij en ik. Klaar voor ons, wachtend op ons. (…) Wij komen er wel' ?

Vier, misschien wel vijf sterren, dacht ik nog tijdens de pauze. Maar na het zwakke tweede deel niet meer. Aan Mark Rietman en Anniek Pheifer ligt het niet. Wat mij betreft mogen die voor hun spel in de hele voorstelling, dus ook het deel na de pauze, meteen op de lijst voor de Louis d'Or en de Theo d'Or.
 
Ga voor de speellijst en voor meer informatie naar:  Het Nationale Toneel

Recensie: Q&A van Frascati Producties / Naomi Velissariou & Dood Paard

●●●○○

 

Q&A

FRASCATI PRODUCTIES / NAOMI VELISSARIOU & DOOD PAARD



Door RiRo, gezien 8 april 2016



Een jonge vrouw (Naomi Velissariou) is in haar huiskamer bezig met het scheren van haar benen, ze bereidt zich voor op een feest. Bij een kast met opwindspeelgoed is een man in een openhangende kimono (Gilles Biesheuvel) ook bezig met zijn lichaamsverzorging. Een rustig, beeldend begin.

Dan begint de man te spreken. Hij heeft het over de godenzoon Ares, de meedogenloze, die genoot van geweld en bloedbaden, die juichte bij de doodskreten van stervenden, en over Phobos, de schrik, en Deinos, de angst. Na die proloog neemt de vrouw het woord. Ze blijkt in paniek te zijn omdat haar afgeprijsde jurk niet is bezorgd, want ze was niet thuis toen de postbezorger aanbelde.

Deze voorstelling zal gaan over angst, over de kleine en grote angsten van de vrouw in haar inmiddels toch nog bezorgde feestjurk. En over angst voor geweld. Want zonder dat het expliciet over de recente aanslagen gaat, spelen die op de achtergrond van het verhaal voortdurend mee. Op het feest bijvoorbeeld lijkt bij elke deur een beveiliger te staan. En in de straat van de vrouw in de strak gesneden feestjurk duiken plotseling gewapende mannen met zwarte bivakmutsen op die posities innemen rond een huis.

Het duurt even voordat ik het door heb, of denk door te hebben, want de voorstelling gaat vanaf het moment dat de sterk acterende Biesheuvel klaar is met zijn proloog en Velissariou met haar gebruikelijke krachtige spel aan haar eerste monoloog begint, meteen in de vijfde versnelling. En het verhaal ontwikkelt zich ook nog eens razendsnel. Wat voor wezen is de man in die openhangende kimono eigenlijk? Niet gewoon een mens. Wat dan wel? Een geest? Iets tussen een god en een mens in?

En als Biesheuvel de postbezorger of de Uberchauffeur speelt, zijn dat dan materialiseringen van een bovennatuurlijk wezen? Ja, dat moet het zijn. De man in de zwarte onderbroek en de openhangende kimono is zowel het geweten van de vrouw in de feestjurk met de hoge split, als haar beschermengel die opduikt wanneer ze in gevaar is. Én haar kwelgeest. Zoals bij Socrates een daimon. Ik ben blij dat ik het eindelijk door heb, of denk door te hebben.

En nu achteraf, nu ik de voorstelling nog eens in alle rust, dus zonder de gejaagde stemmen van Biesheuvel en Velissariou, de revue kan laten passeren, raak ik er steeds meer van overtuigd dat Q&A vooral een heel goed geschreven en heel vernuftig gecomponeerde tekst is over de angst die ons leven binnen kan kruipen, zowel de existentiële angst, die dan wel van alle tijden is, maar die iemands leven plotseling kan gaan beheersen, als de angst door de recente aanslagen. Dus als er één naam is die ik hier nu moet noemen, is dat de naam van schrijver van die prachtige toneeltekst: Rik van den Bos.

 
Ga voor de speellijst en voor meer informatie naar:  Frascati Producties

Recensie: De Welwillenden van Toneelhuis en Toneelgroep Amsterdam / Guy Cassiers

●●●●○


DE WELWILLENDEN

TONEELHUIS EN TONEELGROEP AMSTERDAM / GUY CASSIERS



Door RiRo, gezien 6 april 2016  

Hoe vaak je dat woord ook al hebt gehoord of gelezen, als het voor het eerst in de voorstelling wordt gebruikt, komt het toch weer hard aan. Entlösung, de definitieve oplossing van de Judenfrage. Halverwege 1942 werd daartoe door de leiding van de Nazi's besloten. Maar al daarvoor, vanaf de inval in Rusland in 1941, waren speciale eenheden, die meteen achter het oprukkende Duitse leger opereerden, in Oost-Europa begonnen met het systematisch vermoorden van Joden. En de hoge officier Max Aue, hoofdfiguur uit het boek De welwillenden van Jonathan Littell was daarbij.

Hans Kesting, die Max Aue speelt, loopt naar voren. In zijn gewone kleren nog. Ja, ik was erbij, zegt hij. In de Oekraïne. En ja, ik deed eraan mee. Maar ik ben geen psychopaat, geen sadist. Ik ben net als u. Durft u met zekerheid te zeggen dat u het anders zou hebben gedaan? Kesting laat lange pauzes vallen tussen zijn zinnen. In de zaal, het zaallicht is nog aan, is het doodstil. Het lijkt erop dat iedereen zich hetzelfde afvraagt: Wat zou ik hebben gedaan in die omstandigheden? Een indrukwekkende en indringende openingsmonoloog is het. Een monoloog waardoor je bereid bent iets te gaan doen waar je niet vrolijk van gaat worden: kijken naar een voorstelling over de vernietiging van de Europese Joden vanuit het perspectief van een van de daders.

In het deel voor de pauze voert obersturmführer Aue verhitte discussies met andere Nazi-officieren, raakt onder de indruk van een vioolspelend Joods jongetje, en is aanwezig bij de slachting van meer dan 30.000 Joden bij een ravijn in de buurt van Kiev. Hij vertelt dat hij daar meer was dan alleen rapporteur en getuige. Dat hij ook zelf heeft gedood. Weliswaar om Joden die al dodelijk gewond waren uit hun lijden te verlossen. Maar toch. In lange monologen probeert hij steeds te begrijpen wat er met hem gebeurt, en waarom het gebeurt. Kesting doet dat ijzingwekkend goed. Die monologen zijn de hoogtepunten van de voorstelling. Uiteindelijk wordt Aue wegens geruchten over zijn homoseksualiteit overgeplaatst naar Stalingrad. Pauze.

In het tweede deel van de voorstelling zijn we in Berlijn. Daar houdt Aue zich bezig met de Arbeidseinsatz, de gedwongen inzet van Joden in de oorlogsindustrie. In gesprekken met Eichmann (Katelijne Damen) draagt hij argumenten aan om voor dat doel een groter deel van de Joden beschikbaar te stellen. Maar het accent van de Nazi's ligt nu op het zo efficiënt mogelijk vernietigen. Op de logistieke en andere praktische problemen die daarmee samenhangen. In een gesprek met een vriendin (Abke Haring) komt Aue nog tot een soort biecht over zijn aandeel in de gruwel. Maar uiteindelijk, als de nederlaag van Duitsland onafwendbaar is, vermoordt hij zijn vriend Thomas Hauser (Kevin Janssens). En vlucht hij naar Frankrijk.

Even wat detailkritiek. Ik ben niet zo'n liefhebber van jongetjes op het toneel. Dat heeft zo gauw de schijn van effectbejag. Het ontvangen van het pakketje met de bladmuziek van Rameau als het vioolspelende jongetje al is vermoord, dat zou toch net zo dramatisch zijn geweest als er niet eerder in de voorstelling fysiek een jongetje op het podium had gestaan? En dan de eerste scène na de formidabele openingsmonoloog van Hans Kesting, de discussie tussen de vijf officieren. Cassiers werkt al zo lang met zendmicrofoons, hij zou toch moeten weten dat we in dat geval elke stem uit dezelfde bron te horen krijgen, uit de speakers. Maar als de acteurs half van ons afgewend staan? Hoe moet ik dan weten wie wat zegt?

Maar nu de positieve conclusie. Cassiers is er met zijn (boek)bewerking in geslaagd om me met De Welwillenden in de denkwereld van de dader te trekken. En me, dankzij de acteerkwaliteiten van Hans Kesting, maar ook dankzij de scenografie en het kledingontwerp (wel laarzen, wel kleren met militaire snit, maar geen swastika's of andere concrete symbolen) te laten zien dat het Derde Rijk niet meer dan gemiddeld bevolkt werd door perverse sadisten. Dat gewone burgers, die van Brahms en van goede wijn houden, betrokken kunnen raken bij gruwelijkheden. Kortom: De Welwillenden is een belangwekkende en urgente voorstelling.  

Ga voor de speellijst en voor meer informatie naar: Toneelgroep Amsterdam

Recensie: Macbeth van Het Zuidelijk Toneel / Lucas De Man

●●○○○  


MACBETH

HET ZUIDELIJK TONEEL / LUCAS DE MAN



Door RiRo, gezien 4 april 2016

De door Lucas De Man en Jamal Ouariachi bewerkte Macbeth is vooral een vrij voorspelbare kritiek op de oorlogen waaraan het Westen de laatste jaren deelneemt.

Generaal Macbeth moordde een vijandelijk dorp uit. Als gevolg daarvan lijdt hij aan een posttraumatisch stresssyndroom. Want nadat koning Duncan de dienstplicht weer had ingevoerd, omdat de grote ondernemingen een oorlog wilden, is de zoon van Macbeth in de buurt van dat vijandelijke dorp gesneuveld. Logisch dus dat Macbeth door het lint ging.

Als de generaal weer thuis is, verwijt Mevrouw Macbeth haar man dat hij niet kwetsbaar durft te zijn, niet praat over wat hij heeft meegemaakt in de oorlog. Maar even later vermoordt ze eigenhandig koning Duncan. Dat moorden gaat nog even door, nu in opdracht van Macbeth. Uiteindelijk komt alles goed. Duncans zoon Malcolm wordt koning. En die is voor vrede.

De tekst van de voorstelling is iets minder knullig dan ik hierboven wil doen geloven, maar het scheelt niet veel. De bewerking is - misschien in een poging het ook voor jongeren interessant te maken - veel te ver doorgeschoten. Niet alleen naar een inhoudelijke oversimplificering, maar ook naar een te grove psychologische causaliteit.

De enscenering en de theatrale middelen vind ik daarentegen wel geslaagd. De talkshow als middel om het verhaal te vertellen werkt goed. Ook omdat de rol die de media tegenwoordig spelen bij de publieke oordeelsvorming over oorlogssituaties daardoor wordt benadrukt. Jammer dan weer dat er nogal matig wordt geacteerd, zodat de voorstelling af en toe wel wat weg heeft van een hoorspel.

Alles bij elkaar lijkt me niet dat deze Macbeth van Het Zuidelijk Toneel de manier is om ook een jong publiek enthousiast te maken te maken voor toneel.
 
Ga voor de speellijst en voor meer informatie naar: Het Zuidelijk Toneel

Recensie: Liliom van TA2 en Frascati Producties / Julie Van den Berghe

●●●●● 

 

LILIOM

TA2 EN FRASCATI PRODUCTIES /JULIE VAN DEN BERGHE



Door RiRo, gezien 2 april 2016



Een halsstarrige en gewelddadige man van zevenentwintig werkt op de kermis. Daar ontmoet hij het dienstmeisje Julie. Hij neemt ontslag, ze trouwen, maar leiden door geldgebrek een marginaal leven. Julie wordt zwanger, en Liliom droomt van emigratie naar Amerika. Overgehaald door zijn vriend Fiscur doet hij mee aan een mislukte overval op een betaalmeester. Nog gefrustreerder dan hij al was, maakt Liliom een eind aan zijn leven en laat zijn zwangere vrouw in armoede achter.

De hemelse magistraat draagt Liliom na zestien jaar vagevuur op om naar de aarde terug te keren om één werk van schoonheid te verrichten. En zich dan, hopelijk gelouterd, opnieuw bij de hemelse rechter te melden. Van het succes van zijn missie op aarde zal afhangen welke deur in het hiernamaals definitief voor hem open zal gaan. Zich presenterend als zwerver, klopt hij aan bij zijn weduwe en zijn inmiddels zestienjarige dochter. Maar ook nu spelen woede en frustratie hem parten. Hij faalt.

Eelco Smits speelt eigenlijk altijd goed, maar als Liliom is hij meer dan goed. Geweldig hoe hij de combinatie van goede wil en ingehouden woede laat zien, hoe voortdurend de twee kanten van Liliom voelbaar blijven. De man die wel wil veranderen, maar die dat niet kan door zijn frustraties en zijn schaamte. Ook Hélène Devos, in de andere hoofdrol, laat staaltjes van ongelooflijk goed acteren zien: trots en zelfverzekerd in de scene waarin ze Liliom ontmoet, hartverscheurend in haar rouwmonoloog bij zijn lijk.

Julie Van den Bergh blijkt, ook nu weer, een uitstekende acteursregisseur, ook alle andere acteurs spelen goed tot zeer goed. Eén daarvan wil ik toch apart noemen: Janni Goslinga, superieur in haar bijrol als eigenares van de draaimolen en voormalige minnares van Liliom.

In Liliom gaat het om de problemen van de onderklasse, van de marginalen. Vertaler Jibbe Willems heeft waarschijnlijk daarom gekozen voor hedendaags Nederlands met opzettelijke taalfouten zoals 'Die is niet zo goed als mij', om daarmee het volkse van de personages te benadrukken. Hoe dan ook, het werkt.

Liliom is een stuk uit 1909 van Ferenc Molnár, het pseudoniem van Ferenc Neumann (Boedapest 1878 – New York 1952), die in 1938 naar de Verenigde Staten emigreerde. Tot vandaag had ik nog nooit van hem gehoord. Van regisseur Julie Van den Berghe (1981) daarentegen wel, Liliom is inmiddels al de zesde regie die ik van haar zie. Bij de eerste, Salomé (NNT), was ik meteen onder de indruk van haar talent. Maar zowel die voorstelling, als de voorstellingen daarna, gebruikte ze om te onderzoeken welke stijlmiddelen bij haar pasten, om te bepalen wat uiteindelijk haar handtekening als regisseur zou worden.

Want met uitzondering van Een lolita (NTGent), strak, stijlvast, en fenomenaal goed, probeerde ze steeds in één en dezelfde voorstelling meer dan één stijlmiddel uit. Begrijpelijk natuurlijk voor een jonge regisseur met ambities. Voor haarzelf waren het waarschijnlijk geslaagde experimenten. Maar voor mij als toeschouwer nogal eens voorstellingen die te lijden hadden onder niet altijd zo geslaagde stijlbreuken.

Het zij haar vergeven. Want die experimenten hebben geleid tot de zekere hand van de regisseur die haar vak volledig beheerst. Liliom is een perfecte voorstelling, er valt werkelijk niets op aan te merken.

De vijf eerdere regie's van Van den Berghe die ik zag, waren: Sálome (NNT, 2011), Een lolita (NTGent, 2012), Bloedbruiloft (TA2/Frascati Producties, 2013), Cyrano (NTGent, 2014) en Elektra (Nationale Toneel & NTGent, 2014)

Julie Van den Berghe zal vanaf 1 januari 2017 samen met Guy Weizman artistiek leider zijn van het Noord Nederlands Toneel.

Ga voor de speellijst en voor meer informatie naar: Toneelgroep Amsterdam