Recensie: Orlando van Toneelschuur Producties / Loek de Bakker

●●●○○

 

ORLANDO


TONEELSCHUUR PRODUCTIES / LOEK DE BAKKER  

 

Door Piet van Kampen, gezien 19 oktober 2023   

Milou van Duijnhoven, die Orlando speelt, pakt de zaal meteen in. Ze maakt een korte beweging met haar hoofd naar opzij, alsof ze wil laten zien dat ze overal schijt aan heeft en voor niemand bang is. Al snel komt haar Orlando ook verbaal met een krachtig statement 'Ik ben Orlando, ik bepaal zelf wie ik ben'.

De voorstelling Orlando is geïnspireerd op Orlando: A Biografy van Virginia Woolf uit 1928, een fictieve biografie, opgedragen aan Vita Sackville-West, waarin Woolf de grenzen van het genre verkent. Op een lichte, humoristische toon beschrijft Woolf het leven van Orlando dat zich uitstrekt over drie eeuwen, een leven waarin Orlando begint als edelman, maar later, nadat hij voor de tweede keer ontwaakt uit een comateuze slaap van een week, vrouw blijkt te zijn geworden: 'Hij rekt zich uit. Hij verheft zich van zijn bed. Hij staat volkomen naakt voor (…) ons, hij is een vrouw.’*

In de bewerking van Loek de Bakker en Tjeerd Posthuma kijken we niet naar de personages door de ogen van een biograaf, we zien Orlando en de mensen met wie hij/zij in contact komt dus ook zonder het becommentariërende geestige oordeel.

De voorstelling houdt zich wel aan de tijdsopbouw van de roman van Woolf, maar in welke periode we terecht zijn gekomen, moeten we opmaken uit de kostuums en uit de namen van de gesprekspartners. Er is niet zoiets als geprojecteerde jaartallen bijvoorbeeld, wat wel handig zou zijn geweest. 

De eerste met wie we Orlando zien is koningin Elizabeth I, gespeeld door Michael Muller. Later zijn we er getuige van hoe hij verliefd wordt op de Russische Sacha, gespeeld door Alicia Boedhoe en hoe ze (Orlando is dan inmiddels vrouw) valt voor Shelmerdine, ook door Michael Muller gespeeld. Uiteindelijk bevrijdt Orlando zich ook van haar vrouw-zijn en beweegt als een hordeloper over het inmiddels zo goed als ontmantelde decor. 

De korte beweging met haar hoofd in de eerste minuut herhaalt Milou van Duijnhoven naar mijn smaak iets te vaak. Daardoor verliest dat gebaar aan kracht en gaat het iets te veel in de richting van een Koefnoenachtig typetje. Jammer, want afgezien daarvan is het spel van Van Duijnhoven heel krachtig en heel overtuigend.

*Virginia Woolf, Orlando, een biografie, vertaling Gerardine Franken.

Ga voor de speellijst en voor meer informatie naar: Toneelschuur Producties

 

Recensie: Op hoop van zegen van Dood Paard

●●●●●

 

OP HOOP VAN ZEGEN


DOOD PAARD

 

Door Piet van Kampen, gezien 14 oktober 2023

Vijf acteurs spelen er in Op hoop van zegen van Dood Paard, waarvan er vier meerdere personages voor hun rekening nemen, veertien om precies te zijn. Alleen Manja Topper is daarvan uitgezonderd, die speelt alleen Knier (zonder diminutiefsuffix dus). 

Vrouwelijke acteurs die mannen spelen, mannelijke die vrouwen vertolken, een acteur die twee personages speelt die een dialoog hebben met elkaar, reder Bos in een leren rok. Helemaal conventioneel pakt Dood Paard het dus niet aan.

Maar wat er in de voorstellingsinformatie staat is (bewust?) misleidend. Dood Paard heeft het daar over 'een uitgebeende versie van Op hoop van zegen'. Niks uitgebeend! Dood Paard speelt Op hoop van zegen zo goed als integraal.

Door in dit visserijdrama zo aangrijpend mogelijk de ellende van de vissers en hun gezinnen te beschrijven – de onderbetaling, de slecht onderhouden schepen, de afhankelijkheid van reders die alleen door winstbejag worden gedreven en de assurantiepenningen opstrijken als er weer een wrakke schuit is vergaan - stelde Heijermans het kapitalisme aan de kaak. En zonder dat daar in de voorstelling expliciet naar wordt verwezen, zijn de parallellen met pakketbezorgers, bagage-afhandelaars en anderen die nu worden uitgebuit overduidelijk.

Bij de openingsscène is het nog wel even zoeken wie wie is, vooral omdat Joachim Robbrecht als Clementine (de dochter van reder Bos) de voor haar poserende Cobus (gespeeld door Dinda Provily) niet tekent, maar met een smartphone fotografeert. Wat overigens het enige anachronisme in de hele voorstelling zal blijken te zijn.

Maar het went snel al die dubbelrollen en die man-vrouwverschuivingen. Terwijl het tempo vanaf het begin meteen hoog is, veel hoger veronderstel ik dan bij de première van het stuk op 24 december 1900 in de Hollandsche Schouwburg in Amsterdam.

Opgesloten in een decorgroot visnet maken Manja Topper, Kuno Bakker, Joachim Robbrecht, Dinda Provily en Tomer Pawlicki een memorabele Op hoop van zegen, veruit de beste die ik ooit zag.

Ga voor de speellijst en voor meer informatie naar: Dood Paard

 

Recensie: De Dresser van Compagnie Karina Holla

●●○○○

 

DE DRESSER


COMPAGNIE KARINA HOLLA

 

Door Piet van Kampen, gezien 12 oktober 2023

Laverend tussen “ik wil dood, ik wil geen verf meer op mijn gezicht, geen kleren meer dragen die niet van mij zijn” en “ik wil niet dood, ik wil weer verf op mijn gezicht, weer kleren die niet van mij zijn” maakt Karina Holla (73) in De Dresser de balans op van haar kunstenaarschap. Acteren of sterven, dat is de vraag. Het antwoord daarop is de overduidelijk keuze voor dat eerste.

Holla begint met een nagespeelde scene uit de film The Dresser van Peter Yates uit 1983. Maar in het kleine uur daarna stipt ze alleen nog haar eigen eerdere werk aan. Beweging en geluid spelen daarbij weliswaar een belangrijke rol, maar meer dan in haar vorige twee voorstellingen bedient Holla zich van het gesproken woord.

Die verwijzingen naar eerdere voorstellingen zijn kort en fragmentarisch: ze pakt even het kostuum van een klerenhanger, maakt een paar bewegingen en gebaren, en licht het toe met woorden. Na het fragment uit The Dresser neemt ze ons onder meer mee naar Parijs voor Louise Bourgeois en Roland Topor, doen we Brazilië en Moldavia aan en staan we even stil bij haar twee recente voorstellingen.

In die twee laatste liet ze, in de eerste met behulp van twee dansers, in de tweede met projecties van tekeningen, met beelden meer dan met woorden de voorstelling tot leven komen. Oorlogsvrouwen (2019) was gebaseerd op De oorlog heeft geen vrouwengezicht van Svetlana Alexijevitsj. Het eenzame leven en het fascinerende werk van ouitsider artist Henry Darger was het onderwerp in DARGER, in de werkelijkheid van de onwerkelijkheid (2021)

Zou je over het rijke artistieke leven van de van oorsprong mimespeler Karina Holla ook niet een boeiende en intrigerende voorstelling kunnen maken? Ja, waarom niet. Wie weet maakt iemand die ooit.

Want de manier waarop Holla het zelf in De Dresser aanpakt, is te fragmentarisch. Voor wie haar lange carrière heeft gevolgd, is dat mogelijk geen probleem en roepen de korte verwijzingen genoeg herinneringen op. Maar wie het werk van Holla niet of bijna niet kent, en er toch nog kennis mee wil maken, raad ik aan te wachten tot ze, hopelijk, Oorlogsvrouwen of DARGER integraal herneemt.

Ga voor de speellijst en voor meer informatie naar: Compagnie Karina Holla