Recensie: Kronieken van de stad, deel 3, Het R-woord van Timen Jan Veenstra/Hesdy Lonwijk

●●○○○

 

KRONIEKEN VAN DE STAD, DEEL 3, HET R-WOORD


TIMEN JAN VEENSTRA / HESDY LONWIJK




Door Piet van Kampen, gezien 18 juli 2018

In twee jaar tijd schrijft toneelschrijver Timen Jan Veenstra (1984) vier documentaire theaterstukken gebaseerd op Amsterdamse verhalen. Het eerste deel, Tussen werven en hotels, dat in juli 2017 op het Over Het IJ Festival in première ging, behandelde de veranderingen in Tuindorp Oostzaan in Amsterdam-Noord. Het tweede, Kafir, waarvan de première was op 17 maart 2018, ging over Amsterdam-Oost en was een dialoog tussen twee broers die zijn geboren en opgegroeid in een Marokkaans gezin in de Indische Buurt.

In dit derde deel, Het R-woord, dat dit jaar op het Over Het IJ Festival in première ging, breekt Veenstra met de opzet om steeds een ander stadsdeel als uitgangspunt te nemen. Nu onderzoekt hij relaties in de moderne stad waarin verschillende culturen naast elkaar leven. In wat hij zijn meest persoonlijke voorstelling tot nu toe noemt, luisteren we naar de relatieperikelen van twee dertigers, gespeeld door een witte actrice (Stefanie van Leersum) en een zwarte acteur (Anton de Bies).

Tussen de tribune en de twee acteurs loopt een fietspad dat gewoon toegankelijk is. Een leuke vondst, vooral natuurlijk als De Bies toe is aan de tekst: 'Misschien kunnen we achterop bij iemand, een fietser.' In Het R-woord gaat het om de (mis)communicatie tussen een man en een vrouw die al enige tijd een relatie met elkaar hebben. De ruzies en de ruzietjes tussen de twee blijken tegen het eind van de voorstelling te maken hebben met een ingrijpend verlies waarop de twee op verschillende manieren reageren.

Het R-woord mag dan wel Veenstra's meest persoonlijke voorstelling zijn, het plot is al in duizenden boeken en films behandeld. Op zich hoeft dat geen probleem te zijn. Maar dan zou Veenstra er wel in geslaagd moeten zijn - met het typische van Amsterdam, of met het specifieke van dertigers van nu - nieuwe aspecten aan zo'n thema toe te voegen. Helaas komt dat niet echt uit de verf.

Voor het kunnen volgen van het verhaal is het niet storend, maar het is vreemd dat noch regisseur Lonwijk, noch anderen die bij deze productie zijn betrokken, het foutieve gebruik van het begrip 'metafoor' hebben gecorrigeerd. Een aantal keer volgt na wat een hypothetische beschrijving is de opmerking dat het om een metafoor zou gaan. Mijn vorige alinea heb ik bewust afgesloten met een taaluiting die wel een metafoor is en niet een denkbeeldig voorbeeld. Misschien hebben de makers er wat aan.

In Tussen werven en hotels, een monoloog, gespeeld door Stefan Rokebrand in een sobere regie van Olivier Diepenhorst, beschrijft Veenstra in prachtige poëtische zinnen de veranderingen waarmee de bewoners van Tuindorp Oostzaan te maken kregen. De tekst van Kafir, geregisseerd door Veenstra zelf, was minder geslaagd. En ook nu in Het R-woord overtuigt Veenstra als toneelschrijver niet. Niet zozeer omdat het taalgebruik af en toe slordig is, maar vooral omdat Het R-woord nauwelijks iets toevoegt aan wat er al over relatieproblemen is geschreven. Na Tussen werven en hotels had ik meer verwacht van de volgende delen van Kronieken van de stad.
 Gezien op het OVER HET IJ FESTIVAL

 Ga voor de speellijst en voor meer informatie naar: Over Het IJ Festival

Recensie: Assholism-a-story-without-a-story-but-with-a-lot-of-ass van Pink Flamingooo

●●○○○

 

ASSHOLISM-A-STORY-WITHOUT-A-STORY-BUT-WITH-A-LOT-OF-ASS


PINK FLAMINGOOO




Door Piet van Kampen, gezien 13 juli 2018

Wat een verrassende en leuke enscenering, geen tribune, geen aparte speelvloer voor de acteurs. Bij Assholism (…) kom je in een met een allegaartje van meubels ingerichte 'huiskamer' met glittergordijnen in plaats van wanden. Je kiest iets uit om op te gaan zitten. Naast of voor je een tafeltje met een schemerlamp en een bakje pinda's.

Gingerella (Willemijn Zevenhuijzen) - haar kleding opengeknipt bij borsten, venusheuvel en billen - neemt het woord: “I built a cosy livingroom and together with my beautiful darlings Miss Black and Miss L.H.Kitten I will give you an assholistic experience with some crooked acts.” Ook bij de kleding van Miss Black (Eva Zwart) en Miss Little Horny Kitten (Tessa Jonge Poerink) heeft de schaar ervoor gezorgd dat lichaamsdelen die meestal bedekt blijven juist benadrukt worden.

Assholism (…) speelt zich af in een intieme ruimte die lijkt uit te nodigen tot contact tussen spelers en publiek. Tussen spelers en elke toeschouwer apart zelfs. Maar terwijl de basisvorm (de enscenering, de kleding) die verwachting wekt, gebeurt in Assholism (…) het tegenovergestelde. Alsof de acteurs juist bang zijn voor dat contact.

Want vooral door het gebruik van handmicrofoons (en de volumeknop op tien) creëren de actrices in Assholism (…) een enorm pantser. Daarmee zorgen ze ervoor dat er (ook als ze vlak voor een toeschouwer staan) steeds een grote afstand blijft.
 

Assholism (…) is een voorstelling waarin drie vrouwen zich afzetten tegen 'normality'. Dat thema is na een paar scènes al wel duidelijk, een verrassende themawisseling is er niet. Waardoor de voorstelling, ondanks de exhibitionistische kledij en ondanks de provocerend bedoelde teksten, me al snel nauwelijks meer weet te boeien.

Al met al blijft Assholism-a-story-without-a-story-but-with-a-lot-of-ass van Pink Flamingooo steken in een verrassende vorm. Het ziet er veelbelovend uit, maar inhoudelijk is het oppervlakkig en nogal puberaal. En door het uit de weg gaan van echt contact met het publiek ook erg afstandelijk. Jammer. 


Gezien op het OVER HET IJ FESTIVAL
Ga voor de speellijst en voor meer informatie naar: Over Het IJ Festival