Recensie: Plattegrond van de kunst en omstreken van 't Barre Land

●●●●○

 

PLATTEGROND VAN DE KUNST EN OMSTREKEN

 

'T BARRE LAND



Door Piet van Kampen, gezien 16 februari 2018

Voorjaarsontwaken, het toneelstuk uit 1891 van Frank Wedekind, staat centraal in Plattegrond van de kunst en omstreken. Ontluikende seksualiteit, non-communicatie tussen ouders en pubers daarover, depressie, zelfmoord, abortus. Daar gaat Voorjaarsontwaken over. Dat klinkt zwaarmoedig. Maar Vincent van den Berg, Margijn Bosch en Cseslaw de Wijs slagen erin om het publiek met regelmaat een lach te ontlokken. Zonder afbreuk te doen aan de ernst van de thematiek.

'Waar ben je nu?' Met het aan elkaar vragen waar ze met hun gedachten zijn, leggen de drie acteurs aan het begin en ook aan het slot van de voorstelling de link met herinneringen uit hun eigen pubertijd. 'In Groningen, het Werkmancollege in de Nieuwe Sint Jansstraat', antwoordt Margijn Bosch dan bijvoorbeeld. Vincent van den Berg reageert op dezelfde vraag onder andere met 'Winschoten Plan Zuid, mijn oma aan het aanrecht'.*

Daarna gaat het via de poes die is bevallen 'op een regenachtige namiddag in een donker hoekje van de alkoof, waar oude dozen en koffers staan, waar geen zonlicht komt', uit een verhaal van Herman Heijermans uit 1897 (geschreven onder het pseudoniem Samuel Falkland) en via een kort fragment uit Goethe's Faust naar het hoofdgerecht: de negentiende-eeuwse gymnasiasten van Frank Wedekind. Naar Melchior (Cseslaw de Wijs), de intelligentste, die alles al weet, ook over seksualiteit. Naar Moritz (Vincent van den Berg), die daar juist niets van weet. Naar Ilse, die van huis wegloopt en model en geliefde wordt van verschillende schilders.

En naar de veertienjarige Wendla (Margijn Bosch), die verliefd is op Melchior, zwanger van hem raakt, maar dan nog steeds niet goed weet waar de kinderen vandaan komen. In een van de aangrijpendste scènes uit de voorstelling smeekt Wendla haar moeder het haar te vertellen. Maar dat lukt de moeder niet, ze durft niet.

Waarom ben ik eigenlijk geboren? Weet jij hoe het gaat? Hoe wat gaat? Nou je weet wel. Het. Ben ik nu 'met schuld beladen' door zijn zelfmoord? De omstandigheden veranderen, maar de vragen waarmee de kinderen worstelen in Voorjaarsontwaken, zijn van alle tijden. Het stuk is daarom nooit echt gedateerd geraakt. Ook nu, voor welke generatie dan ook – van twintigers tot zestigers – zijn de thema's herkenbaar. En roepen ze jeugdherinneringen op.

'Waar ben je nu?' In Theater Kikker in Utrecht, bij Plattegrond van de kunst en omstreken, een indrukwekkende voorstelling van 't Barre Land, die iedereen zou moeten zien.

* Hoewel de jeugdherinneringen in Plattegrond van de kunst en omstreken steeds naar Groningen leiden, zowel naar de stad als de provincie, zie ik in de speellijst dat de voorstelling nergens in Groningen te zien is. Toch wel een beetje vreemd.
Ga voor de speellijst en voor meer informatie naar: 't Barre Land

Theaterverhaal: Tiendaags festival Lieve Stad Opportunisme?

 

TIENDAAGS FESTIVAL LIEVE STAD

 

OPPORTUNISME? 



Door Piet van Kampen, geplaatst 16 februari 2018

Lieve Stad, de tiendaagse ode van de Stadsschouwburg Amsterdam aan de stad, is woensdag 14 februari op een hartverwarmende manier van start gegaan. Het begint al in de Rotonde van de Brasserie en in de Salon met de expositie 180 Amsterdammers, een tentoonstelling met portretfoto's en videodocumentaires van de 180 nationaliteiten die in Amsterdam leven.

“Opportunisme. Naïviteit. Gemakzucht!” *

Sorry?

“Je voegt wat internationale voorstellingen samen tot een festivalletje, geeft het een handige naam en roept iets over 180 nationaliteiten, klaar!”

Op weg naar de openingsvoorstelling kom je langs een in het rood geklede saxofoniste die Aan de Amsterdamse grachten speelt. Na de kaartcontrole staan andere spelers en speelsters van Adelheid Roosens Zina op de trappen klaar voor een persoonlijk welkom voor iedereen. En dat is niet een obligaat 'fijn dat je er bent' of woorden van gelijke strekking. Nee, elke Zina-speler heeft een eigen verhaal om uit te leggen waarom hij of zij zo blij is Amsterdammer te zijn.

“Heeft iemand met Adelheid Roosen gebeld? Zij weet (…) hoe je nieuwe Nederlanders het theater in krijgt; dat vergt jarenlange wederzijdse investering.”

Ja dus. Mevrouw Wensink, uit betrouwbare bron weet ik dat de schouwburg Adelheid Roosen al in een vroeg stadium bij de voorbereiding heeft betrokken. Over bellen gesproken. U had de schouwburg natuurlijk even kunnen bellen voordat u uw pen in het gif doopte.

Breytna was weliswaar eerder te zien op Julidans, maar de keuze om Lieve Stad er toch mee te openen, is een gouden greep. Je hoeft met zo'n voorstelling niks extra's te doen om er een feestje van te maken. Breytna van Maqamat Dance Theatre is wat in het Engels zo mooi 'a crowd-pleaser' heet. Tijdens de voorstelling wordt er op het podium gemusiceerd (door Trio Joubran en percussionist Youssef Hfeisch), gedanst door Omar Rajeh, Moonsuk Choi, Anani Sanouvi en Koen Augustijnen. En gekookt. In hele grote pannen. Door de moeder van Omar Rajeh, de Libanese choreograaf, en initiatiefnemer van Breytna.

“Of praat met Andreas Fleischmann, die weet hoe hij zijn Meervaart (…) avond aan avond vol krijgt met Marokkaanse buurtbewoners.”

Je blijft maar doorgaan hè. Wat ik zei over Roosen, geldt ook voor de Meervaart, daar is ook contact mee geweest volgens mijn bron, die ik natuurlijk niet kan noemen. Ik bedenk nu dat ik er toen bij was en deed of ik de Pravda las, zodat ze dachten dat ik ze niet kon verstaan. Maar goed, als je even met de schouwburg had gebeld voor je zo tekeer ging in je column, had je dat van de Meervaart dus ook geweten.

Na een uur worden we gevraagd het podium op te komen om mee te eten, terwijl ondertussen het musiceren en dansen gewoon doorgaat. De grote zaal van de schouwburg is uitverkocht, toch blijkt er voor iedereen genoeg fatoush om de maag mee te vullen en genoeg arak on the rocks om in een nog vrolijker stemming te komen.

“En dan is er nog de (...) marketingtechnisch slimme naam Lief Amsterdam.“

Het heet Lieve Stad, maar als je het Lief Amsterdam wil noemen, ook goed. Jammer dat je er niet was bij de opening trouwens.

* De citaten tussen de dubbele aanhalingstekens komen uit Nieuw publiek haal je niet binnen door alleen je programmering door elkaar te husselen en te pimpen van theaterredacteur Herien Wensink in de Volkskrant van 25 november 2017.

Om de column van Herien Wensink te lezen, klik hier

Ga voor meer informatie over Lieve Stad naar: Stadsschouwburg Amsterdam

Recensie: Geluk van Toneelschuur Producties/Nina Spijkers

●○○○○

 

GELUK


TONEELSCHUUR PRODUCTIES / NINA SPIJKERS



Door Piet van Kampen, gezien 10 februari 2018 

Na een knullig voorspel met een zaklantaarn begint Geluk met een pleidooi van het allegorisch personage Het Lijden (Linde van den Heuvel). 'Wij zijn een grote familie', zegt Het Lijden, 'maar koester ons'. Een van de beste scènes is dit. Zowel door de keuze om Het Lijden een stem te geven, als door de kwaliteit van de tekst. Er zijn nog twee scènes die goed zijn: halverwege en vlak voor het einde. Dat zijn de andere twee scènes waarin de allegorische figuur Het Lijden met een tekst komt die tot nadenken stemt.

Behalve die drie goede scènes is er één scène die er wel mee door kan. Dat is als Sander Plukaard een opsomming geeft van uitdrukkingen met 'Happy', zoals 'Happy Meal'. Door verder te gaan dan uitdrukkingen die iedereen wel kent, door er gewoon een aantal bij te verzinnen dus, wordt het geestig. Alle andere scènes in Geluk (het zijn er een stuk of twintig) zijn of uiterst matig of gewoon slecht. Zowel wat betreft de inhoud als de theatrale vorm.

Tenenkrommend zijn de intermezzi waarin de acteurs uit hun rol stappen en doen of ze twijfelen over hoe ze verder zullen gaan. Als zo'n theatraal middel goed wordt uitgevoerd, kan het natuurlijk iets toevoegen. Maar in Geluk zijn het gênante vertoningen. Regisseur Nina Spijkers en de vier acteurs (Linde van den Heuvel, Tessa Jonge Poerink, Sander Plukaard en Victor IJdens) zouden misschien eens naar een voorstelling van Maatschappij Discordia kunnen gaan. Het maakt niet uit welke voorstelling van Discordia. Om te zien hoe ervaren vakmensen zoiets doen.

Nina Spijkers (1988) is een veelbelovende jonge regisseur. Dat liet ze bijvoorbeeld zien met Don Carlos, Ivanov en Anatol. Drie heel geslaagde en goede voorstellingen. Maar dat was repertoiretoneel. Met teksten van respectievelijk Schiller, Tsjechov en Schnitzler.

Het is moedig van Spijkers om ook eens iets anders te proberen. Om eens een keer geen klassieke tekst te nemen. Om te onderzoeken hoever je komt als je samen met de acteurs zelf teksten en scènes bedenkt en daar een montagevoorstelling van maakt. Helaas heeft dat geleid tot een zo goed als volledig mislukte voorstelling.

Soms kan het een wijs besluit zijn om een voorstelling die al in première is gegaan alsnog terug te trekken. Erkennen van falen is ook moedig.
 
Ga voor de speellijst en voor meer informatie naar: Toneelschuur Producties